Waarom steeds meer mensen zich ‘eenzaam’ voelen en wat daaraan te doen

Bijna de helft van de Belgen voelt zich ‘soms tot altijd’ eenzaam, zo blijkt uit een nationaal onderzoek dat enkele maanden geleden werd uitgevoerd door de Universiteit Gent. Wat daarbij vooral in het oog springt, is dat het eenzame gevoel niet alleen oudere mensen treft, maar ook veel jongeren én dat terwijl de mogelijkheden om contact te leggen in ons digitale tijdperk objectief gezien groter zijn dan ooit – zéker bij die jonge garde.

Hoe het dan toch komt dat steeds meer mensen zich eenzaam lijken te voelen? En hoe we elk voor zich of als maatschappij dit schrijnende probleem best aanpakken? We vroegen het aan hoogleraar Psychologie aan de UGent Paul Verhaeghe en professor-psychiater Dirk De Wachter.

Samen eenzaam, niet alleen

Hoe komt het dat steeds meer mensen zich eenzaam lijken te voelen? 

“Of het per se zo is dat mensen zich eenzamer voelen dan vroeger, weet ik niet. Misschien wordt er nu gewoon meer onderzoek naar gedaan. Wat ik wel kan zeggen is dat er in onze samenleving, zoals die vandaag in elkaar zit, een heel aantal elementen te vinden zijn die onze gevoelens van eenzaamheid waarschijnlijk sterk in de hand werken”, zo klinkt het bij psychiater Dirk De Wachter.

“Niet alleen is de concrete context waarin we leven en werken sterk veranderd tegenover vroeger: terwijl mensen zichzelf een aantal decennia geleden nog sterk ingebed zagen in de sociale structuur van een hechte familie of in die van een kleinschalige dorps-context, wonen we nu met z’n allen in een veel anoniemere grootstedelijke omgeving waar nagenoeg elke vorm van ‘sociale lijm’ lijkt te ontbreken.”

“Ook ‘contact leggen’ doen we veel minder in real life, maar wel vanuit ons eigen klein – of groot – appartementje via WhatsApp, Facebook of Instagram. Maar dat is niet hetzelfde: om een échte authentieke verbinding met iemand anders tot stand te brengen, moet je elkaar in de ogen kunnen kijken en de tijd kunnen nemen om oprecht met elkaar bezig te zijn“, zo klinkt het.

Hoe komt het dat we in onze westerse samenleving steeds minder oog lijken te hebben voor elkaar? 

Dat lijkt vooral een gevolg van het kapitalistische model waarop onze samenleving drijft. “In het westen draaien we – of we dat nu willen of niet – allemaal mee in een hedonistisch en consumptionistisch model dat ons zegt dat we in alles vooral zo goed én zo succesvol mogelijk moeten worden en dat wanneer ons dat niet lukt, dat ook nog eens volledig onze eigen schuld is – want alle mogelijkheden om ‘het te maken’ lagen immers voor het grijpen?!”

‘In onze ik-cultuur is de focus vooral op het individu komen te liggen: we willen onszelf en ons eigen potentieel zo goed mogelijk ontplooien’

“Niets is natuurlijk minder waar, maar daardoor is onze focus wel vooral op onszelf komen te liggen. Stuk voor stuk willen we vooral onze eigen capaciteiten zo goed mogelijk ontwikkelen, onszelf zo goed mogelijk ontplooien en geen enkel stukje van ons ‘eigen potentieel’ onbenut laten.”

“Die voortdurende aandacht voor onszelf – samen met de onvermijdelijke concurrentiestrijd met alle andere mensen om ons heen die daar natuurlijk bij komt kijken – voert ons steeds verder van de ander weg, met grote gevoelens van eenzaamheid tot gevolg.”

Concurrentie en een gebrek aan vertrouwen

Zorg een model waarin we voortdurend ‘de beste moeten zijn’ ook niet voor een deuk in onze eigenwaarde waardoor we ons sowieso al minder écht met anderen durven verbinden? 

“Ik denk inderdaad dat de voorwaardelijkheid die in ons prestatie-model aan ons zelfbeeld is komen te hangen, een van de grootste hindernissen vormt om ons nog oprecht met elkaar te kunnen verbinden”, zo klinkt het bij Paul Verhaeghe. “Op de weg naar succes en complete zelfontplooiing moeten we ons ten eerste voortdurend met de anderen meten: doet die het beter, sterker of straffer, dan betekent dat meteen niet alleen ‘winst’ voor hem, maar ook verlies voor ons.”

“Daardoor zijn onze ‘vrienden’ naast vrienden ook vooral concurrenten geworden, waardoor we veel minder snel geneigd zullen zijn om naast onze successen ook ons verdriet of onze ‘slechte kanten’ met hen delen.”

dirk de wachter eenzaamheid

Beeld: Koen Blanckaert / Photo News. 

“Bovendien woedt die voortdurende strijd naar ‘meer en beter’ niet enkel effectief tussen ons en anderen, maar ook in onszelf: voortdurend moeten we een nog strakker én nog fitter lichaam hebben, een nog betere job aan de haak hebben weten te slaan en met een nog knapper lief aan de arm lopen. Lukt ons dat niet, dan voelen we onszelf gefaald: een loser, een mislukking.”

“Het is precies dit ‘gevoel van falen’ dar ervoor zorgt dat we ons niet meer deftig met anderen kunnen verbinden: we vrezen immers dat alleen ‘de perfectie’ goed genoeg zal zijn om door anderen aanvaard en graag gezien te worden. Halen we die niet, dan gaan we onze gebreken of zwakke punten uit angst voor het oordeel van anderen – en vooral ook voor dat van onszelf – dan maar verbergen. Maar door een stukje van jezelf ‘weg te filteren’ ontneem je jezelf ook de kans om echt in verbinding te treden met de mensen om je heen. Dat kan immers alleen als je durft vertrekken vanuit je héle persoon, vanuit je eigen authenticiteit. En nét dat laat ons op succes- en prestatie gerichte model nu veel minder toe.”

‘Honger’: het verlangen naar perfectie

Zou het ook kunnen dat we in een wereld waarin we allemaal geleerd hebben ‘dat we alles kunnen bereiken als we maar hard genoeg ons best doen’ het fundamentele stukje eenzaamheid waartoe we allemaal gedoemd zijn, gewoon veel minder goed kunnen verdragen? 

“Daar ben ik van overtuigd”, zo klinkt het bij De Wachter. “We zijn er in onze meritocratie zo van doordrongen geraakt dat we álles kunnen hebben en bereiken, dat we de onvermijdelijke onvolledigheid van contact niet meer kunnen verdragen. Ergens diep vanbinnen verlangen we allemaal naar een herbeleving van die éne complete symbiotische verbinding -een beetje zoals we die voor onze geboorte wel hadden met onze moeder – maar die bestaat eens we op de wereld ‘geworpen zijn’ niet meer.”

‘We zijn er zo van doordrongen dat we álles kunnen bereiken, dat we de onvermijdelijke onvolledigheid van contact meer kunnen verdragen’

“De mens is en blijft tot op zekere hoogte fundamenteel alleen: we kunnen wel relaties aangaan met mensen, maar samenvallen met iemand anders is onmogelijk. Onze ‘leegte’ of ‘nood’ op dat vlak vólledig invullen, kunnen die relaties dan ook niet. Dat laatste niet in te vullen restje ‘honger’ dat altijd zal overblijven: we kunnen daar vandaag gewoon veel moeilijker mee om.”

“Bovendien zorgt ook ons kapitalistische model ervoor dat ‘het gebrek aan anderen dichtbij hebben’ ons vandaag veel pijnlijker onder de neus wordt gedrukt dan een aantal decennia geleden”, vult Verhaeghe aan. “Meer dan vroeger hebben we elkaar nodig om onze identiteit op te bouwen én in stand te houden: we zijn ons er namelijk veel meer van bewust dat identiteit een soort van ‘lege huls’ is waar je zelf alles kan insteken wat je maar wil. Niet langer is het vooral onze afkomst, ons ras of onze religie die voor ons bepalen ‘wie we zijn’, maar wel wat we doen, hoeveel wagens we voor de deur hebben staan, welke job we uitoefenen, wie onze vrienden zijn en welke kleren we dragen.”

Ik word ‘geliket’ dus ik ben

Hebben we elkaar daardoor letterlijk nodig om ‘iemand te worden’ en ons ‘vol te voelen’, terwijl dat vroeger veel minder het geval was? 

“Ja: door die invulling van identiteit zijn we een product geworden dat we zelf aan de man moeten brengen, en dat bovendien maar waarde en invulling heeft, als het ook door anderen gekocht of geliket wordt”, legt Verhaeghe uit. “Om ons te bevestigen in ‘wie we zijn’ hebben we anderen nodig: ze moeten ons ‘likes’ en ‘hartjes’ bezorgen die onze ideeën over onszelf bevestigen, door die in te bedden in een ruimere sociale structuur. “Je bent immers maar een succesvolle zakenman of een populaire influencer als zo’n 100.000 mensen zéggen dat je dat bent, eerder niet.”

“Die toegenomen noodzaak en afhankelijkheid van de goedkeurende blik van anderen, versterkt het eenzaamheidsgevoel aanzienlijk. Zéker wanneer dan ook nog eens blijkt dat écht contact met die ander door een gebrek aan vertrouwen en een gebrek aan een positief beeld over onszelf, helemaal uit ten boze is.”

Hoe zorgen we er als samenleving voor dat we het tij keren en we het voor onszelf weer wat makkelijker maken om naar onszelf – en op die manier dus naar elkaar – toe te bewegen?  

“In een eerste stap lijkt het essentieel dat mensen er zich van bewust worden dat de dominante succes-cultus ons niet alleen in een voortdurende concurrentiestrijd met anderen dwingt, maar ons ook onophoudelijk ‘zelfbeschadigende’ denkbeelden in het hoofd plant. Mensen moeten beseffen dat succes en prestaties – ondanks dat het de grote waarden van de maatschappij blijken – niet alles in het leven zijn“, zo klinkt het bij Verhaeghe.

Jezelf voor een stuk losdenken uit de ratrace naar ‘succes’ en zelf minder om ‘prestaties’ en ‘status’ gaan geven, terwijl dat wel nog steeds de voornaamste ijkpunten zullen blijven waar de maatschappij je op zal ‘quoteren’, hoe doe je dat dan? 

“Door een beetje milder te zijn voor jezelf misschien?”, zo klinkt het bij De Wachter. “Probeer je regelmatig eens los te denken van het grotere plaatje en jezelf wat respijt te geven als je niet perfect aan de verwachtingen voldoet. Relativeer ‘succes’ en aanvaard vooral dat het leven niet altijd groots en eenzijdig ‘gelukkig’ is – wat de maatschappij ook mag beweren. Meestal is het leven gewoon ‘gewoon’, en ook op die manier is het best oké.”

‘Aanvaard dat het leven niet altijd groots en eenzijdig gelukkig is, soms is het gewoon ‘gewoon’, en dat is ook oké’

Wat onze nood om écht samen met anderen te zijn betreft, raadt hij het volgende aan. “Doe wat logisch is, zoek het authentieke contact met de mensen om je heen zoveel mogelijk op: ga op café, spreek af met die vrienden die je al lang niet meer zag en probeer vooral niet alleen je goede momenten, maar ook je leed en verdriet eens met die mensen te delen. In corona-tijden is dat natuurlijk eventjes niet van toepassing: nu zullen we op zoek moeten naar creatieve manieren om ondanks de ‘fysieke afstand’ de menselijke verbinding toch warm te houden: gebruik die nieuwe media als WhatsApp, Facebook en Facetime nu maar in iedereens voordeel.”

Maar dat we dat kunnen én dat we van dat ’tijdelijk verplichte isolement’ achteraf wel eens de vruchten zouden kunnen plukken, ook daar is De Wachter van overtuigd: “Voor zieke en oudere mensen is dit natuurlijk niet fijn, maar voor de rest: het is maar voor even. Hopelijk toont het tijdelijk tekort aan effectieve knuffels en fysieke nabijheid ons nog eens goed hoe belangrijk dit als mensen voor ons is, en hebben we er na heel deze periode weer extra oog voor!”

Want, zo merkt De Wachter op: weinig werkt zo verbindend voor een mens dan troost of begrip vinden voor de dingen die moeilijk gaan in het leven – of dan samen door een onzekere periode gaan die ons weer wijst op wat écht essentieel en belangrijk is: samen zijn.

Meer weten over ‘verbinding maken met anderen’ en zinvol leven? Lees dan zeker ‘Intimiteit’ van Paul Verhaeghe (De Bezige Bij, €23,99) of ‘De kunst van het ongelukkig zijn’, van Dirk De Wachter (Lannoo Campus, €19,99) 

Voel je je somber, leeg en eenzaam? Of heb je na het lezen van dit artikel nood aan een gesprek? Bel dan 106 voor Tele-onthaal of chat online met een medewerker. 

Meer lezen over eenzaamheid en relaties:

Openingsbeeld: Unsplash.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

Gesponsorde content