© Getty Images/Maskot

Van ‘minder judgen’ tot ‘vragen blijven stellen’: 5 geboden voor een gezonde relatie

Annelore De Donder

Van koppels over collega’s tot vrienden: elke relatie kent haar ups en downs. Maar die downs hoeven je verstandhouding niet per se de dieperik in te sleuren. Wij vroegen Rika Ponnet (seksuoloog en relatiebemiddelaar) en Jo Ottevaere (moraalfilosoof en klinisch psycholoog) naar dé spelregels voor gezond partnerschap.

1. Ken jezelf

“Er is geen zelf als er geen ander is”, benadrukt Ponnet. “Je hoort het wel vaker: ‘Voor ik een relatie aanga, moet ik eerst met mijn issues aan de slag’, ‘do the work’, zoals dat dan heet. Ik wil dat zeker niet in het belachelijke trekken, maar eigenlijk is het pas door in verbinding te zijn, dat je beter zicht krijgt op wie jij bent.” Voor Ponnet gaat het gebod dan ook verder dan ‘Ken jezelf’: “Je moet jezelf de vraag durven en willen stellen: ‘Wat is mijn aandeel in mijn relatiedynamieken?’ Dynamieken als: ‘Mijn vriend is nogal van het gesloten type. Ik ben zelf heel extravert, en wanneer hij in gezelschap volledig verstilt, kan me dat enorm storen.’ Of: ‘Op het werk zorg ik ervoor dat ik vóór de gevraagde deadline alles inlever. Ik erger me mateloos aan collega’s die altijd aanschurken tegen die allerlaatste momenten.’ “Het is vaak geen toeval welke eigenschappen van anderen we net ongemakkelijk of storend vinden; ze zijn het tegenovergestelde van wat we aan onszelf sterk appreciëren”, stelt Ottevaere. Hier inzicht in krijgen kan helpen om er beter mee te kunnen omgaan.

‘Opgelopen trauma’s kleuren vaak mee wie we vandaag zijn’

Jo Ottevaere

“Neem nu ‘die aansteller van een tv-figuur’ die je niet kunt uitstaan”, haalt Ponnet als voorbeeld aan. “Waarom wind je je daar eigenlijk zo in op? Het kan heel goed zijn dat dit met de waarden en normen uit je eigen opvoeding te maken heeft, dat je de boodschap hebt meegekregen te allen tijde bescheiden te moeten blijven, bijvoorbeeld. Daar zitten dingen in de weg als: jij die amper plaats hebt mogen innemen. Wanneer iemand dat ostentatief wél doet, dan raakt dat een gevoelige snaar, het toucheert je bestaansrecht – dáár gaat het uiteindelijk over.” Ottevaere beaamt: “Onverwerkte, traumatische ervaringen uit het verleden maken dat je zenuwstelsel – onbewust – sneller overprikkeld raakt bij situaties die lijken op de oorspronkelijke, traumatiserende situatie, zodat ze je disproportioneel triggeren.”Je bestaat dus niet alleen bij gratie van je huidige relatie tot de ander, maar evenzeer bij die uit het verleden. “Opgelopen trauma’s kleuren vaak mee wie we vandaag zijn”, stelt Ottevaere. “Het gaat erom hoe er met iemand is omgegaan; wat waren de basispatronen van het kerngezin? Hoe werd er gecommuniceerd? Hoe sterk werd er aangemoedigd om de wereld te gaan ontdekken? Hoe veilig was het om terug te keren? En in welke mate schemert dat door tot op vandaag?” Het is dan ook wel degelijk onze verantwoordelijkheid om aan introspectie te doen, stelt de psycholoog. “Professionele hulp kan aangewezen zijn om deze zoektocht aan te gaan. En therapeutische tools, zoals schematherapie(die emotionele herinneringen en vroege disfunctionele schema’s helpt te verwerken, red.) of de traumaverwerkingstechniek EMDR kunnen hierbij zeer nuttig zijn.”

2. Ken de ander

“Een heel belangrijke leidraad”, vindt Ponnet. “We zijn vandaag zo gefocust op onze eigen navel; dat staat haaks op wat een relatie nodig heeft. Niet je eigen behoeften verdienen al die aandacht, dan wel een kritische blik op jouw bijdrage aan de relatie.” En die bijdrage bestaat er dus ook uit de ander te willen leren kennen. Makkelijker gezegd dan gedaan… “Ik sprak vandaag nog een koppel waarmee het heel moeilijk gaat. Ze zijn meer dan twintig jaar samen, en haar grote ontgoocheling was dat ze elkaar minder goed bleken te lezen dan ze dachten”, illustreert Ponnet. “Vergeet dat; je leest elkaar niét. Wat de ander denkt of voelt, weet je niet zolang die dat niet letterlijk heeft uitgesproken. En dus zul je het altijd opnieuw moeten vragen. Ik hoor mensen in mijn praktijk zeggen: ‘Als het gewoon is om mij een plezier te doen, omdat ik het gevraagd heb, dan hoeft het niet’ – waarom niet, vraag ik me af.” Een verschil tussen beide partijen is er sowieso, zegt Ponnet: “Dat willen samenvallen is een romantische mythe. Jouw behoeftes zijn niet dezelfde als die van de ander. Uiteindelijk gaat liefde net over de bereidheid om een inspanning te leveren voor iets wat voor die persoon belangrijk of gelukkigmakend is, dat het niet per se is voor jou.”

‘Mensen met wie we samenleven, kennen we het slechtst van al’

Rika Ponnet

“Mensen met wie we samenleven, kennen we het slechtst van al”, gaat Ponnet verder. “Het is een paradox dieal uitvoerig werd onderzocht. Bij iemand die je minder goed kent, of op wie je pas verliefd bent, doe je meer moeite. Je bent nog nieuwsgierig, stelt volop vragen. Maar gaandeweg ontstaan veronderstellingen; we bevragen minder, luisteren ook minder graag. Daardoor belanden we in een soort van samenzijn waarbij nog heel weinig dingen worden uitgesproken en we in ons hoofd een beeld hebben gevormd van hoe de ander denkt en voelt. Bovendien evolueren we als mens voortdurend. We toetsen dat niet meer af, en zitten er bijgevolg vaak helemaal naast.” Een herkenbaar iets, zo lijkt het uit deze getuigenis: “Onze baby was ziek. De moed zakte me in de schoenen bij de wetenschap dat mijn man de komende drie dagen op vriendenweekend zou zijn. Toen hij voorstelde pas zaterdagochtend te vertrekken, zei ik hem dat hij gerust kon vertrekken – veeleer uit beleefdheid, ik had niet gedacht dat hij dat écht zou doen. Hij vertrok alsnog op vrijdagavond; tegen zondagavond kon ik hem niet bepaald hartelijk ontvangen.” Dus: ‘ken de ander’, absoluut, maar nog beter: blíjf de ander kennen. “Het gaat erover elkaar altijd opnieuw te bevragen, en te blijven afstemmen op elkaar”, benadrukt Ponnet.

3. Communiceer schadeloos

Jezelf kennen, is één ding. De ander kennen, een ander. Maar minstens even belangrijk: jezelf láten kennen. Op een constructieve manier als het even kan. “Dat is voor veel mensen een enorme opdracht”, weet Ponnet. “Binnen eender welke relatie is zeggen wat je echt denkt en voelt héél moeilijk.” Dat vraagt om kwetsbaarheid, en vaak zit schaamte in de weg. “Daarbovenop zit de angst om afgewezen te worden, en dat het zal escaleren”, voegt Ponnet toe. We gaan die momenten dan ook graag uit de weg, en excuses zijn makkelijk gevonden; te druk, veeleisende kinderen, deadlines… “Maar dat zijn allemaal gemiste kansen waarvoor de relatie uiteindelijk de prijs betaalt.” Neem nu overspel, duidt Ponnet: “Op het moment dat dat uitkomt, hebben mensen zich al een hele tijd uit de relatie gehouden, dingen niet meer besproken, geen frustraties meer gedeeld.”

‘Formuleer vanuit ik-perspectief je gevoelens bij de probleemsituatie’

Jo Ottevaere

Maar wat houdt dat schadeloos communiceren precies in? “Ik werk altijd met vier stappen”, legt Ottevaere uit. “Ten eerste formuleer je objectief de probleemsituatie, zodat daarover consensus is tussen jou en je gesprekspartner. Ten tweede formuleer je vanuit ik-perspectief je gevoelens bij die situatie. Ga daarbij zeker niet de gevoelens van de ander benoemen of interpreteren. De derde en vierde stap zijn: een oplossing en de voordelen van die oplossing voor beide partijen formuleren.” Ze geeft een concreet voorbeeld: ‘We hadden niet duidelijk afgesproken of we cadeautjes zouden geven voor valentijn. Ik gaf jou iets, maar jij mij niets; daardoor voelde ik me ontgoocheld. Kunnen we in de toekomst duidelijker afspraken maken, zodat we dergelijke vervelende situaties vermijden en samen van valentijn kunnen genieten?’
“Veeleer dan te vertolken wat je wilt, gaat het telkens weer over de vraag om verduidelijking”, stelt Ponnet. “Iets als: ‘Ik weet niet goed wat je daarmee wilt zeggen’, of: ‘Ik heb het gevoel dat er een afstand is tussen ons’. ‘Heb je het moeilijk, kan ik iets doen?’ Het gaat erom die afstemming telkens weer te vinden. De spanning laten zakken, de rust opzoeken en nagaan: klopt het nog tussen ons, waar staan we vandaag? Dat zijn micromomenten van afstemming die een relatie fundamenteel blijvend voeden.”

Als een punt van kritiek toch als een aanval voelt, weet dan dat het een verlangen naar verbinding in disguise kan zijn, aldus Ponnet. “Op het moment dat de ander je aanvalt – ‘jij doet dit of dat’ –, wil die eigenlijk verbinding. En vaak gaan mensen dan in de verdediging, of trekken ze zich uit paniek terug, omdat het voor hen bedreigend overkomt. Terwijl ze net een stap vooruit zouden moeten zetten. In dat geval is het aangewezen om eerst de gemoederen te laten bedaren, en een moment af te spreken om erop terug te komen.”

‘De pleaser geeft niet vanuit liefde, maar vanuit de drang naar controle, om conflict te vermijden’

Rika Ponnet

Schadeloos communiceren is niet altijd mogelijk, en dat hoeft ook geen ramp te zijn, vindt Ponnet: “Ik vind ruzie en conflicten prima, zelfs al is het heftig. Zolang je daarna in staat bent om naar herstel te gaan; om het door te praten, en een consensus te willen vinden. Op die manier heeft dat conflict de relatie versterkt. Het verzwijgen en doen alsof er niets gebeurd is, tast het vertrouwen in jezelf en de ander alleen maar aan.”

Nog een voorwaarde voor slagen: “De ontvanger van de boodschap moet bereid zijn om te luisteren”, weet Ottevaere. Ze voegt eraan toe: “Geen enkele relatie of vriendschap staat in steen gebeiteld; als conflicten, misverstanden en overprikkeling desondanks blijven bestaan, kun je jezelf de vraag stellen of de verstandhouding je gezondheid niet meer schaadt dan baat. En of het niet beter is om de relatie even op een lager pitje te zetten.”

4. Oordeel niet

‘The biggest communication problem is that we don’t listen to understand; we listen to reply’, het is niet alleen een save-waardige Instagrampost, het blijkt de waarheid, volgens Rika Ponnet: “Vaak horen we wel wat de ander zegt, maar zijn we ondertussen al een antwoord aan het bedenken.” Veel mensen onderschatten hun empathisch vermogen, stelt ze. “Ze vellen dadelijk een oordeel. En van zodra dat gebeurt, stopt elke waarneming; dan zit je in die smalle gang van totale zelfverzekerdheid: ‘Zo is het!’. Op dat moment sta je niet meer open voor wat er van de andere kant komt.” Empathie is als een spier die je moet trainen, gaat ze verder. “Luister eens tien minuten naar de ander zonder daarop te reageren, en herhaal dan wat er gezegd is – zo toets je af of je het juist begrepen hebt. Dat kan gaan over iets waar jullie op vastgelopen zijn, waar ruzie over geweest is. De ander doet daarna hetzelfde. Zo ervaar je dat elke realiteit subjectief is, en leer je je in te leven in die alternatieve versie.” Niet makkelijk, zo blijkt: “Het houdt in dat je alles wat weerstand bij je oproept, tolereert, gewoon laat zijn. Dat je daar niet direct reactief op ingaat.”

‘Toxisch oordelen, kun je counteren met gezonde nieuwsgierigheid’

Jo Ottevaere

Ottevaere pikt erop in met een quote van Ted Lasso, de voetbalcoach uit de gelijknamige, bekroonde comedyserie: ‘If you feel like judging, be curious’. “Doordat wij als soort talig zijn, kunnen we categoriseren. En doordat we kunnen categoriseren, kunnen we oordelen. Het is tijd- en energiebesparend voor ons brein om te kunnen terugvallen op reeds opgebouwde categorieën en oordelen, en eigen aan de mens. Maar wanneer dat categoriseren en oordelen gebruikt wordt om een negatief oordeel te vellen over de ander, om die persoon bijvoorbeeld belachelijk te maken of kleiner dan jezelf, dan is het belangrijk om je van de toxiciteit daarvan bewust te zijn. En dat negatieve te counteren met gezonde nieuwsgierigheid: het waaróm willen achterhalen.” Ze herinnert zich de vrouw aan haar bushalte die bij 28°C een dikke muts droeg. “Mijn spontane ik had al snel een oordeel klaar, maar toen herinnerde ik me Ted Lasso’s woorden, en bedacht ik dat er misschien meer achter zat; misschien was ze haar haar verloren door een ziekte, of was de muts een cadeau van een dierbare… Met het loslaten van die judging kwam een golf van ontspanning.”

5. Geef en ontvang

“Geven is niet hetzelfde als pleasen”, benadrukt Ponnet. “De pleaser geeft niet vanuit liefde, maar vanuit de drang naar controle, om conflict te vermijden. Het zijn vaak ook mensen die niet kunnen ontvangen, omdat dat een vorm van kwetsbaarheid is.” En ook hier spelen patronen en (niet) aangereikte hechtingsvormen uit het verleden een rol, weet Ottevaere: “Je kunt als kind bijvoorbeeld een ouder hebben gehad die nooit enige vorm van emotie toonde. Het is dan ook niet verwonderlijk dat je later zelf ook niet in staat bent om empathie te bieden; je hebt het nooit geleerd. Mogelijk tot grote frustratie van je omgeving.” In een gezonde relatie kun je beide, stelt Ponnet: zowel oprecht geven, als ontvangen – steun, troost, aanwezigheid, kracht, aandacht… “Er zijn nogal wat koppels die niet die flexibiliteit hebben; waar beide partijen vastzitten in hun rol van of gever of ontvanger, of van zorgfiguur en slachtoffer bijvoorbeeld. Het gebeurt dat ze die rolverdeling op den duur ook moe zijn, maar er niet uit weten te geraken.” In dat geval is het alweer een kwestie van de balans op te maken. Maar, stelt Ponnet gerust: “Er is altijd de mogelijkheid om te herbeginnen. Ook al is je relatie gigantisch in de soep gedraaid, vandaag kun je beslissen: we herbeginnen.

Meer lezen

Partner Content

Gesponsorde content