Eva (48) over feminicide: “Ik maakte die periode foto’s van mijn blauwe plekken, omdat ik aan mezelf ging twijfelen”

In België worden elke maand twee vrouwen vermoord omdat ze een vrouw zijn. Het beleid grijpt in met een nieuwe wet. Hier vertellen experts en slachtoffers wat wij kunnen doen om feminicide te herkennen én voorkomen.

In zijn vuist omklemt hij een schroevendraaier en schreeuwt: ‘Ik vermoord je’

Eva

slachtoffer en traumatherapeut

“Op een avond staan we in de keuken. Hij staat vlak voor me, uitzinnig van woede. In zijn vuist omklemt hij een schroevendraaier en schreeuwt: ‘Ik vermoord je. Ik vermóórd je.’ De angst die ik voel is niet te beschrijven.”

Het verhaal van Eva is geen uitzondering. In België zijn er elk jaar tweehonderd gevallen van feminicide in de context van partnergeweld. Soms blijft het bij een poging tot doodslag of moord, maar te vaak gaat het mis. In 2023 lieten drieëntwintig vrouwen het leven. De cijfers wereldwijd maken de omvang nog duidelijker: volgens een rapport van de Verenigde Naties ­worden elk uur vijf vrouwen vermoord door een partner of een familielid. Elk uur vijf vrouwen.

Dat is wellicht nog een onderschatting, zegt Herlindis Moestermans, expert feminicide bij de Vrouwenraad. “Niet elke feminicide wordt als dusdaning herkend.” Bijkomend probleem: vrouwen beseffen soms zelf niet hoe gevaarlijk hun situatie is. “Soms krijg ik vrouwen aan de lijn. Als ze hun relatie beschrijven, sommen ze alle mogelijke rode vlaggen op. Maar zelf zien ze niet in hoe gevaarlijk hun situatie is”, vertelt Marijke ­Weewauters, hoofd van de taskforce feminicide bij het Instituut voor de gelijkheid voor vrouwen en mannen.

Rode vlaggen

Wat zijn dan precies die rode vlaggen? Voor welke signalen moet je alert zijn? Weewauters: “Er zijn verschillende zaken. Fysiek geweld, uiteraard. Maar vaak is het minder concreet. Een partner die je isoleert en controleert, bijvoorbeeld, dat is ook geweld. Als hij daar veel energie insteekt, is het zelfs alarmerend. Vind je stalkerware in je auto, in de chauffage, in de gsm van de kinderen, in jouw gsm: kijk uit. Nog een alarmerende vorm van geweld: emotionele chantage, zoals ‘Ik hou zoveel van jou, als je bij me weggaat pleeg ik zelfmoord’. Of nog: dierenmishandeling. Dat kan heel dreigend zijn: ‘Kijk eens wat ik doe met de kat.’ Of: ‘Als jij bij me weggaat, doe ik dát met de hond.’ Zulke bedreigingen kunnen voor slachtoffers bovendien een reden zijn om te blijven. Het Instituut voor de gelijkheid voor vrouwen en mannen hamert er al jaren op om bij de opvang van slachtoffers ook opvang voor huisdieren te voorzien. Zijn uiteraard ook alarmbellen: het gebruik van wapens en doodsbedreigingen. Eigenlijk is alles samen te brengen onder één noemer: angst bij het slachtoffer. Als jij je bang voelt, is de situatie niet oké. Dan moet je naar de politie gaan.”

Veel slachtoffers zijn bang om niet geloofd te worden

Helaas zit daar een pijnpunt: uit getuigenissen blijkt dat veel slachtoffers niet naar de politie gaan. Ze zijn bang om niet geloofd te worden of dat hun partner het te weten zal komen en met nog meer geweld zal reageren. “Toch is het echt belangrijk om aangifte te doen”, benadrukt Weewauters. Als jij tegen de politie zegt dat je vreest voor je leven, zullen bij hen de alarmbellen afgaan. De diensten hebben de laatste jaren zeer veel inspanningen geleverd op dat vlak. Bovendien kunnen ze door jouw aangifte een dossier openen, waardoor je situatie gekend is. Dat laat hen toe om, bij eventuele nieuwe incidenten, sneller te reageren.”

Het blijft ook niet bij noteren alleen: oordelen de ­politiediensten dat je gevaar loopt, dan contacteren ze direct het parket voor (onder andere) beschermingsmaatregelen en kunnen ze jou doorverwijzen naar een Veilig Huis (het voormalige Family Justice Center, waar gezinnen na doorverwijzing terechtkunnen voor professionele ondersteuning, red.). Gaat het om geweld door een ex-partner en beoordelen ze jouw situatie als high risk, dan zullen ze je bovendien het mobiele stalkingalarm meegeven. Het Instituut werkte mee aan de ontwikkeling en nationale uitrol daarvan.

Weewauters: “Het mobiele stalkingalarm is eigenlijk een kleine knop die je ergens op je lichaam of in je ­kledij kunt dragen en die in verbinding staat met de app 112 op je smartphone. Als je op die knop drukt, wordt de noodcentrale verwittigd en komt er meteen een interventieploeg naar je toe. Op dit moment hebben tachtig Belgen zo’n knop. Hij heeft al levens gered: er zijn situaties geweest waarbij de politie een alarm kreeg en ter plaatse een moordpoging kon voorkomen.”

‘Ga gewoon weg’

Een vraag die men zich automatisch stelt: waarom blijft iemand in zo’n ­relatie? Waarom niet gewoon weggaan? “Daar zijn 1.001 redenen voor”, zegt Weewauters. “Slachtoffers zitten gevangen in een web. Al hun energie gaat naar overleven. Ze zien de realiteit niet meer, zijn bang en durven de stap niet te zetten, zeker niet als er kinderen zijn.”

“Het is ook niet ongevaarlijk: een echtscheiding is de grootste trigger voor feminicide. De meeste moorden gebeuren binnen de drie maanden na een scheiding. Maar ook daar: er bestaat bescherming. We hebben op vraag van familie­rechters onder andere een beleidsadvies gemaakt voor familierechters en voor notarissen en advocaten. Waar moeten ze op letten? Welke alarmsignalen kunnen zij zien? Ik kan niet genoeg benadrukken: slachtoffers staan er niet alleen voor en blijven zal altijd gevaarlijker zijn dan weggaan.”

Slachtoffers staan er niet
alleen voor, en blijven zal altijd gevaarlijker zijn dan weggaan

Marijke Weewauters

Instituut voor de Gelijkheid voor Vrouwen en Mannen

Zijn er ook alarmsignalen die we als buitenstaanders kunnen oppikken? “Ja”, zegt Moestermans. “Als iemand in je omgeving zich begint te isoleren. Niet meer naar feestjes komt. Dat is altijd een rode vlag.” Weewauters beaamt: “Controle wordt door de buitenwereld vaak gezien als liefde: ‘Jouw man brengt jou elke dag naar het werk en belt elke middag, zo lief!’ Heb je een vermoeden dat er meer aan de hand is, vraag er dan naar bij het slachtoffer. Gaat ze mee in het gesprek, dan komt het er vooral op aan om te luisteren.”

“Wat je beter niet doet, is slachtoffers zeggen wat ze moeten doen. Ze zijn al jaren de controle kwijt, ze hebben geen nood aan wéér iemand die in hun plaats beslissingen neemt. Heb je het gevoel dat het risico echt groot is, dan kun je bellen naar 1712 of surfen naar 1712.be. Daar kom je in contact met deskundigen die je zullen adviseren over de juiste te nemen stappen.”

Duizend beloftes

Voor Eva (48) is het allemaal zeer herkenbaar. Ook zij zat in een gewelddadige relatie zonder het goed en wel te beseffen. “We leerden elkaar kennen als prille twintigers. Het was goed raak: de vonken vlogen eraf. We hadden gemeenschappelijke interesses, het klikte goed met de ouders… Achteraf gezien waren er toen al rode vlaggen. Ik was – en ben – een jeans-met-sneakerstype en hij pushte me om hakken en kleedjes te dragen. Mijn schoenen moesten op één bepaalde tegel staan. Scampi’s mocht ik niet eten met mes en vork. Hij wilde me kneden, naar zijn hand zetten. Maar ik was verliefd, ik zag daar geen graten in. Aan iedereen is wel iets, dacht ik.”

“Na een tijdje gingen we samenwonen. Hij voerde steeds meer regeltjes in. ‘Last van stress op het werk’, verklaarde hij als ik er wat van zei. Misschien klopte dat deels ook. Ik ben een prater, ik heb het hart op de tong, hij kropte alles op. Tot de ketel overkookte. We belandden in een cyclus van geweld: de spanningen liepen op, de boel ontplofte, hij maakte het weer goed, we kwamen in een honeymoon-periode terecht waarin alles perfect leek, dan begonnen de spanningen weer op te bouwen. De ontploffingen werden steeds erger. Een keer gooide hij het kaasplankje dat ik net had bereid voor een tv-avond door de lucht. Dan smeet hij met potten en pannen. De relatie was gewelddadig, maar ik zag het niet. Hij raakte mij niet aan, en geweld, dat is iets waar je blauwe plekken aan overhoudt, dacht ik.”

Ik maakte in die periode zelfs foto’s van mijn blauwe plekken en verwondingen, omdat ik op den duur aan mezelf ging twijfelen

Eva

slachtoffer en traumatherapeut

“Uiteraard keerde hij zich uiteindelijk ook tegen mij – achteraf is het zo duidelijk. Ik kan de keren niet noemen dat ik met een rolkraag op het werk zat, ook in de zomer, omdat ik de blauwe plekken in mijn hals moest verbergen. Ik wist dat het niet oké was, natuurlijk. Maar hij was nadien altijd zo berouwvol, hij gaf me bloemen en maakte duizend beloftes. Ik wilde het zo graag geloven. Ik maakte die periode zelfs foto’s van mijn blauwe plekken en verwondingen, omdat ik op den duur aan mezelf ging twijfelen. Tot hij met die schroevendraaier voor me stond. Ik vertel het nu heel kort, want hier gingen jaren overheen. Maar dat was de druppel. Ik herinner me niet meer precies hoe dat moment verlopen is – het enige dat ik nog weet, is dat hij uit de deur stormde en met gierende banden wegreed. Godzijdank zonder huissleutels.”

Kikker in kokend water

Na die avond vroeg Eva de scheiding aan. “Waarom heb je zo lang gewacht, vragen mensen nu weleens. Of de klassieker: bij mij was het niet waar geweest. Ik begrijp dat het zo overkomt, maar er zijn zoveel redenen waarom vrouwen – of mannen, want hen overkomt het ook – niet sneller uit een toxische relatie stappen. Bij mij was de grootste reden: angst. Angst voor nog meer klappen en de angst om alleen te blijven. Ook schaamte speelde een rol. Ik was manager, ik leidde vergaderingen met de belangrijkste klanten. En ik liet me thuis zo behandelen? Hoe vreemd het ook klinkt, als je er midden­in zit, besef je bovendien niet hoe verkeerd het is. Ik gebruik vaak de metafoor van de kikker: als je hem in water zet en dat heel geleidelijk opwarmt, blijft hij zitten tot het kookt.”

Ook schaamte speelde een rol. Ik was manager en ik liet me thuis zo behandelen?

Eva

slachtoffer en traumatherapeut

“Na de scheiding volgde nog een moeilijke periode. Lichamelijk herstel je snel, mentaal is wat anders. Ik belandde opnieuw in een toxische relatie. Ik begrijp hoe stom dat moet klinken. Maar je moet weten: mijn zelfbeeld was gekraakt. Ik was ervan overtuigd dat ik niet beter verdiende, dat geen enkele andere man me ooit zou willen. Mijn moeder, de enige die had geweten wat er aan de hand was, praatte heel hard op me in. Uiteindelijk begon ik te beseffen dat ik eerst aan mezelf moest werken voor ik opnieuw in een relatie kon stappen.”

“Ik heb veel therapie gevolgd. Ik ben opnieuw gaan studeren en intussen ben ik zelf traumatherapeut. In mijn praktijk Elpida – Grieks voor ‘hoop’ – help ik mensen met angsten en trauma na onder meer in­tra­fa­mi­liaal geweld. Ik ben ook docent in­tra­fa­mi­liaal geweld en ik werk mee aan Veilig Huis. Het voelt goed om, vanuit mijn eigen ervaring, iets te kunnen doen voor anderen.”

Schreeuw bij de buren

Elke situatie is anders, weet Eva. Toch heeft ze voor iedereen eenzelfde advies: ga naar de politie. “Ik begrijp hoe moeilijk dat is. Ik heb het ook niet gedaan, ik dacht dat ze me niet zouden geloven. Nu zeg ik: maak niet de fouten die ik heb gemaakt. Ik ken veel politieagenten, zowel persoonlijk als uit mijn professionele leven, en zij zeggen me allemaal: wat niet op papier staat, bestaat niet voor ons. Daar kunnen wij niets aan doen.

Als je een melding maakt, wordt er een dossier gestart. Als er nog incidenten ­gebeuren, dan worden die daaraan gekoppeld. Op die manier kan de politie veel sneller ingrijpen. Weet ook dat je, via de politie, terechtkunt bij maatschappelijke cellen die specifiek zijn opgeleid voor intrafamiliaal geweld. Denk vooral niet dat ze jou niet ernstig gaan nemen, die mensen zijn opgeleid om de signalen te herkennen.”

Ik kreeg ­bericht van een procureur-­generaal: hij had een verkeersongeval geherklasseerd als partnermoord

Marijke Weewauters

Instituut voor de Gelijkheid voor Vrouwen en Mannen

Eva herinnert zich boven alles het gevoel van eenzaamheid. Ook dat misverstand wil ze uit de wereld helpen. “Je denkt dat je de enige bent die het meemaakt. Dat is niet zo. Ik ben er zeker van dat er momenteel duizenden mensen in dezelfde situatie zitten die ook allemaal denken dat ze de enige zijn. Daarom ook een oproep aan de buitenwereld. Heb je een vermoeden van geweld, spreek het slachtoffer erop aan. Ik had, behalve mijn moeder, aan niemand iets verteld. Achteraf bleek mijn buurvrouw toch op de hoogte te zijn. Ze had hem tegen mij horen schreeuwen tot bij haar thuis. Misschien hadden ook collega’s een vermoeden, dat weet ik niet. Ze moeten het toch vreemd gevonden hebben dat ik zelfs tijdens hittegolven een hoge kraag droeg? Had een van hen me de vraag gesteld of er iets aan de hand was, dan had ik er misschien veel sneller over gepraat. Ik ben uiteindelijk kunnen ontsnappen, maar het had anders kunnen aflopen. Laat mensen hier niet alleen mee zitten.

Vreemde feiten

Eva maakt een zeer belangrijk punt, want we kunnen er niet omheen. Als we de kranten openslaan lijkt feminicide steeds vaker voor te komen. Weewauters nuanceert: “Politiemensen worden op dit vlak steeds beter opgeleid. Worden daardoor meer gendergerelateerde moorden opgespoord of komt het echt vaker voor? Dat weten we niet.

“Positief is alvast dat sommige vreemde feiten niet langer onopgemerkt voorbijgaan. Ik kreeg bericht van een procureur-generaal: hij had een verkeersongeval geherklasseerd als partnermoord. Enkele dagen na een brand in Moorsel, waarbij een vrouw overleed, werd de partner opgepakt. In dat geval weten we nog niet of het over feminicide gaat, maar het toont wel aan dat er verscherpte aandacht is voor het fenomeen.

“Bij het Instituut werken we heel hard aan de lancering van een Domestic ­Homicide Review Committee (DHRC): een comité van meerdere instanties die elk overlijden beoordelen waarbij een vermoeden is van feminicide. Dat kan opnieuw nuttige informatie opleveren voor het beleid én voorkomen dat een dader van feminicide door de mazen van het net glipt. Dat kan en mag nooit gebeuren.”

Krijg je zelf te maken met partnergeweld of ken je ­iemand die het meemaakt? Je kunt gratis en anoniem ­terecht bij de hulplijn 1712. Het gesprek komt niet op je telefoonrekening. Chatten kan via 1712.be

Eva contacteren kan via Elpida.be

De wet Feminicide

Op 1 oktober 2023 ging de Wet feminicide van kracht. Herlindis Moestermans van de Vrouwenraad volgde ontwikkeling van dichtbij op. “De wet zet in op het voorkomen, analyseren en opvolgen van feminicide. Concreet bevat hij bijvoorbeeld een checklist die agenten moeten doorlopen als er een melding van feminicide wordt gemaakt, zodat ze beter kunnen inschatten welke maat­regelen er nodig zijn. Verder geeft de wet voor het eerst een duidelijke definitie van feminicide (zie p. 166, red.) en van het geweld dat daar vaak aan voorafgaat, zoals psychisch, seksueel of fysiek geweld. Dat is belangrijk: hoe beter we het probleem in kaart brengen, hoe sneller we het kunnen identificeren en hoe gerichter we kunnen inzetten op preventie. De wet heeft ook aandacht voor de ondersteuning en bescherming van slachtoffers. Hij garandeert bijvoorbeeld dat ze worden opgevangen in een discrete ruimte door een agent die een opleiding rond gendergerelateerd geweld heeft gevolgd en dat ze geïnformeerd worden over de bestaande beschermingsmaatregelen. Op dit moment wordt de wet overal in de praktijk gebracht. We hopen dat hij nog dit jaar concreet zal worden toegepast.”

In cijfers

• In België zijn er gemiddeld 200 feminicides per jaar (moord, doodslag en ­vergiftiging gelinkt aan partner­geweld).
• 80 tot 90 procent daarvan is een moordpoging, dus zonder dodelijke afloop.
• In 2023 werden 23 vrouwen vermoord ten gevolge van gendergerelateerd geweld. In 2022 waren dat er 24, in 2021 waren er 22 slachtoffers.
• Een onthutsend cijfer: naast die slachtoffers worden elk jaar (bij schatting) ook 400 zelfmoorden gelinkt aan partnergeweld.
• 13 procent van alle zaken rond moord en doodslag bij het parket gaat over partnergeweld.
• De cijfers in Europa zijn ­vergelijkbaar met die in België. Enkel in Oost-Europa komt feminicide vaker voor.

De definitie

Volgens de wet zijn er vier vormen van feminicide:
Intieme feminicide: het opzettelijk doden van een vrouw door haar partner of door een familielid.
Niet-intieme feminicide: het opzettelijk doden van een vrouw na een andere vorm van geweld en door anderen dan haar partner of familielid. Bijvoorbeeld: moord na verkrachting.
Indirecte feminicide: het onopzettelijk doden van een vrouw door geweld. Bijvoorbeeld: een vrouw valt door een duw van de trap en overlijdt aan haar verwondingen. Hoort hier ook bij: zelfmoord na partnergeweld.
Gendergerelateerde ­doding: bijvoorbeeld het doden van een trans persoon vanwege diens gender.

Meer psycho & relatie

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

Gesponsorde content