Mode

Achter de schermen van de modeschool: SASK Sint-Niklaas

Willem Chanterie

09 jun 2019

Feeling zet deze maand de nieuwe lichting van de Belgische modeacademies in de spotlight. In het nieuwste Feeling nummer kan je lezen hoe we langsgingen in Antwerpen en Brussel. Maar we gingen ook een kijkje nemen in Sint-Niklaas. De afdeling Mode- en Schoenontwerp van de Stedelijke Academie voor Schone Kunsten (SASK) van Sint-Niklaas manifesteert zich al vele jaren als een professionele en inspirerende discipline met uitstraling ver buiten de grenzen van haar stad en van het land.

Deeltijds onderwijs

Wat beide opleidingen zo bijzonder maakt, is dat het om deeltijds onderwijs gaat. Wie overdag werkt of studeert, kiest ervoor om wekelijks tien uur intensief les te volgen ’s avonds en tijdens het weekend. Motivatie en gedrevenheid zijn daarbij de grootste drijfveer, voor sommigen ook de lang gekoesterde kinderdroom die ze eindelijk kunnen realiseren. Voor Olivier D’hauwe was dit de perfecte oplossing. “Ik wilde sowieso in de mode gaan. Ik heb hiervoor modetechnologie gestudeerd, maar dat was voor mij te technisch. Ik heb die studie afgerond, omdat ik het wel een goede basis vind. Maar ik wist dat ik meer wou. Dan ben ik beginnen werken bij het Belgische modehuis Xandres. Daar werk ik momenteel op de creatieafdeling. Doordat ik werkte, zijn andere academies geen optie. Dan kwam ik hier terecht en omdat het avondschool is, is de formule ideaal voor mij”, zegt Olivier. “Het is heftig, maar ik ben super gemotiveerd. Dat moet wel echt.”

Olivier D’hauwe

Het werkritme van avond- en weekendonderwijs vraagt een enorme inzet en enkel wie gepassioneerd is haalt de eindstreep. De academische lat ligt erg hoog.

Maria Ossaba verhuisde vijf jaar geleden van Colombia naar België en schreef zich vier jaar geleden in aan de academie. “Ik ben super tevreden van de school. De leraressen, Maureen De Clercq en Ellen Monstrey, zijn allebei super. Ik ben heel dankbaar dat ik hier mag studeren. De eerste twee jaar kon ik amper Nederlands en hebben de docenten echt enorm veel geduld met mij gehad. Ik nam de lessen op met mijn gsm en dan vroeg ik mijn vriend achteraf thuis om te vertalen. Dat was voor hem ook niet makkelijk. Want hij wist niet wat er in de lessen gebeurde en is ook totaal niet met mode bezig.”, vertelt Maria. “Het was een originele manier om Nederlands te leren.”

Maria Ossaba

Inspiratie achter de collecties

De derdejaars baseren hun collectie op een etnisch kostuum dat ze in het eerste semester maakten. “Ik maakte een Afrikaans voodoo kostuum voor de etnische opdracht. Een heel kleurrijk en spiritueel kostuum. De drager danst door het dorp om de doden te eren, verkleed als Geest. Voor mijn collectie wou ik die spirituele en gelovige uitingsvorm integreren in onze maatschappij. Die is heel gericht op geld verdienen en brengt een bepaalde druk met zich mee. We groeien op met het idee dat het nooit genoeg is. Je moet steeds meer verdienen en het altijd beter doen dan een ander. Toekomstgericht denken is de standaard en er wordt zelden stilgestaan bij het ‘nu’. Zo kwam ik op de titel ‘Money is Religion‘ voor mijn collectie. In mijn etnisch kostuum verdwijnt het menselijke, de eigen identiteit. Net zoals dit vaak het geval is in onze maatschappij. Dit wordt in de collectie weerspiegeld door mannelijke tailoring die onderdanig wordt aan het spirituele aspect. Denk aan open springende hemden, strakke kragen en een misvormde schouderlijn die als druk op de schouders ligt. Ik neem de menselijke vorm in het gezicht en lichaam weg door voiles versierd met pailletten die de gelaatsuitdrukking verbergen. Het is een collectie waarbij de verwachtingen clashen met de emotionele realiteit,” vertelt Olivier.

De collectie van Olivier.

Voor de vierdejaars is het thema vrij. Maria haalde de inspiratie voor haar afstudeercollectie uit haar eigen jeugd. “Toen ik vier jaar was, was mijn papa helikopterpiloot voor het leger in Colombia. Tijdens mijn jeugd woonden wij altijd met het hele gezin op een militaire basis. Elke dag om 6 uur luidde er een signaal over heel de basis waarop de militairen naar de helikopters moesten gaan om naar de oorlog te vertrekken. In Colombia is het altijd oorlog. Nu is het minder dan toen, maar nog steeds. Ik ging altijd met mijn knuffelbeer in het deurgat staan om te kijken hoe de militairen vertrokken. Daar is de collectie op gebaseerd. Wat denkt dit meisje van vier, met haar knuffelbeer in de hand hiervan? Wat gaan die mannen doen? De silhouetten zijn dus gebaseerd op militaire uniformen maar uitgevoerd met kinderlijke kleuren en prints, ” Zegt Maria. Ze combineert in haar werk het Belgische design met Colombiaanse stoffen. De combinatie van die 2 is heel interessant. The best of both worlds.

De collectie van Maria.

What’s next?

Zoals bij alle grote modescholen zit iedereen vol ongeduld mee te kijken en te wachten wat de studenten zullen doen als ze afstuderen. Maria wilt na de opleiding zo snel mogelijk haar eigen merk opstarten. “Ik kom altijd snel op inspiratie. Dat is mijn leven. Nu zijn al mijn ontwerpen voor deze collectie klaar, en is het enkel nog afwerking. Ik begin een beetje rusteloos te worden en ik voel dat ik opnieuw dingen moet creëren. Vorige week had ik echt de drang om te ontwerpen. Ik ben dan ook al aan het nadenken over wat ik voor mijn merk zou kunnen doen. Ik moet me in iets specialiseren. Ik wil beginnen met hemden met patchwork en daar mijn kenmerk van maken”, vertelt ze.

Andere studenten laten het eerder allemaal op zich af komen. “Ik durf mij daar nog niet over uit te spreken. Ik weet niet goed wat het te bieden heeft. Ik ben nu super geconcentreerd op school en op mijn werk. Ik wil dit eerst afronden en dan zie ik wat er op mijn pad komt.” Zegt Olivier.

Het orgelpunt van het academiejaar is de spraakmakende en wervelende modeshow, die de studenten al vanaf het eerste jaar een platform geeft om hun visie en creativiteit te tonen aan een 1.200-tal geïnteresseerden. De jaarlijkse modeshow vindt dit jaar op zaterdag 15 juni al voor de 21ste keer plaats (voor de afdeling Schoenontwerpen voor de 9de keer) met een catwalk op een zeer exclusieve locatie: in de parking onder het grootste marktplein van België, de Grote Markt in Sint-Niklaas.