Waarom de Belg brave kleuren kiest: “Onze bescheidenheid vertaalt zich in neutrale keuzes”
Wij Belgen zijn best braaf wat ons interieur betreft: beige, grijs en wit vullen de staalkaart van onze couleur locale. Maar hoe zijn we eigenlijk terechtgekomen bij die vijftig tinten greige? Een verkenning van een lefloos palet.
“In het voorgesprek hoorde je de Tussen 4 Buren-kandidaten vol enthousiasme zeggen: ‘Ik hou van kleur.’ Maar zodra ik de deksels van de bonte verfpotten trok, klonk het: ‘Oeh, nee.’ Dan bleken ze toch liever wit, boho of Japandi te willen.” De herinnering van beeldend kunstenaar Katrien Vanderlinden aan haar ervaringen als interieurdesigner in het Play4-programma vat de coloristische comfortzone van de Belg perfect samen: zonder het minste spatje lef.
Ze bevestigt daarmee de resultaten van een onderzoek uit 2020, uitgevoerd door onderzoeksbureau iVOX in opdracht van Colora en BOSS paints. Daaruit bleek dat wit, beige en grijs het vaakst voorkomen in onze interieurs, ook al werd die eerste amper als lievelingskleur aangeduid. “Mensen zien gewaagdere interieurs in decomagazines en denken dan: dat zou ik ook wel willen”, zegt Vanderlinden. “Maar als puntje bij paaltje komt, durven ze niet.” Waarom niet, eigenlijk? Wat maakt de Belg zo… greige?
Fout kleedje
Het heeft onder meer te maken met onze westerse lichtkleur, weet Karine Steculorum, creative director en medeoprichter van iVisual, een visuelecommunicatiebureau dat de impact van kleur op de gebruiker wetenschappelijk analyseert. “We hebben in het Westen een neutralere lichtkleur. In een omgeving waar de lucht bijvoorbeeld enorm blauw kleurt, gaan felle kleuren veel harmonieuzer blenden – als mens gaan we altijd op zoek naar balans, dat vergt het minste energie.”
‘De populariteit van Japandi heeft enorm bijgedragen aan het gebruik van neutrale tinten als beige, greige en offwhite’
Hilde Francq, trend- en colourwatcher
En in een land waar grijze tonen klimatologisch even goed bon ton zijn, zorgen gedempte kleuren dus voor een beter evenwicht. “De grijsheid van onze lucht maakt dat we ook zelf gaan kiezen voor vergrijsde, neutralere tinten. Op zuiderse plekken als Ibiza, Griekenland of Italië kunnen fellere kleuren veel meer tot leven komen”, stelt empowerment- en identiteitsexpert Veerle Raemdonck van Het Imagohuis. “Vandaar dat dat fleurige kleedje van op reis veel minder tof oogt zodra je thuiskomt”, illustreert Steculorum. “Je hebt iets gekocht dat vooral klopt in die ene bepaalde omgeving en sfeer.” Of waarom een wit-blauw Cycladisch huis bij ons heel vreemd zou ogen.
Naast het licht spelen ook onze natuurlijke materialen een rol, stelt Steculorum. “Vanuit het materiaal dat er was, ontstond er een kleurenpatroon. Pigmenten waren ooit enkel weggelegd voor die enkele rijken. Het was een kostbaar overzees goed. Denken in kleur is er pas gekomen met de industrialisatie. Tot daarvoor was de meerderheid vooral aangewezen op beschikbare grondstoffen als vlas of aarde. In Scandinavië, bijvoorbeeld, zit veel ijzer in de grond, wat resulteerde in de typisch rode gevels – huizen nemen de kleur van hun omgeving aan.” En bovendien is het zo dat wij in een dichtbevolkt land wonen. Er is weinig ademruimte voor heel erg aanwezige kleuren, voegt ze eraan toe.
De durf en de baksteen
“In België is die voorkeur voor gedempte tinten er altijd geweest”, weet ook trend- en colourwatcher Hilde Francq. Behalve onze geografie heeft onze ingetogen smaak ook te maken met de aard van het historisch onderdrukte en gedwee katholieke beestje, zo blijkt. Het zit bij de Belgen van oudsher in de genen. “Belgen staan bekend als heel bescheiden. En dat vertaalt zich in neutrale keuzes”, stelt Francq. Dat bevestigt ook Raemdonck. “Ten opzichte van Nederlanders, bijvoorbeeld, gaat een Belg veel minder op de voorgrond treden, veel minder risico nemen, hij is een pak onzekerder. Daardoor gaat hij kiezen voor kleuren die geassocieerd worden met bewezen kwaliteit en klasse enerzijds en met discretie anderzijds.” Ze verwijst naar haar eigen ervaring. “Ik werk rond personal impact. Belgen durven gewoon geen kleur te dragen omdat ze ervan uitgaan dat ze dan te hard opvallen. Je zou maar eens te horen krijgen dat ze je in die outfit nog eens gezien hebben.”
Niet alleen onze ingebakken bescheidenheid speelt ons kleurenpalet parten. De baksteen in onze maag al evenzeer. “De Belg speelt wat immobiliën betreft ook graag op veilig”, stelt Francq. “Als je kijkt naar vloeren, wanden, plafonds, die houdt men neutraal met zicht op een mogelijke doorverkoop. En het is inderdaad ook fijn voor een koper om met een blank canvas te kunnen beginnen, alleen is het jammer dat die dat dan ook zo wil behouden.”
‘Er is vandaag het besef dat kleuren die bij jou passen en jouw energie stimuleren een verschil kunnen maken’
Veerle Raemdonck, identiteitsexpert
Raemdonck gaat verder: “Een Belg is zeer pragmatisch en praktisch ingesteld. Voor de meesten moet een interieur jaren meegaan en dus wordt veeleer gekozen voor kleurrijke accessoires en accenten dan voor heelder bonte interieurs: die zijn sneller vervangbaar en kosten minder. De binnenhuisinrichting mag vooral niet te snel tegenvallen.” Steculorum stelt het zo: “Bij hogere bedragen gaan mensen niet makkelijk kleur bekennen, om het minder snel beu te worden en om het nadien makkelijker te kunnen verkopen. Ze gaan aardse kleuren en subtiele neutralen gebruiken die langer meegaan en opgaan in de omgeving, want dat geeft waarde met betrekking tot de toekomst.”
Japandi en polychromie
België was altijd al greige, maar vandaag heeft het wel extreme proporties aangenomen, vindt Francq. “Tegenwoordig richten veel jonge mensen hun huizen in aan de hand van die gedempte kleuren. En daar heeft de populariteit van de Japandi-stroming veel mee te maken, een stijl die grossiert in minimalisme en het gebruik van natuurlijke tinten. De mix tussen de Scandinavische rust en de Japanse verfijning heeft dan ook enorm bijgedragen aan de acceptatie en populariteit van neutrale tinten als beige, greige en offwhite.”
Dat Japandi voor de Belg gefundenes Fressen is, weet ook Raemdock. “Het is een stijl die ons erg aanspreekt omdat het gaat over het omarmen van eenvoud en tijdloosheid.” En sinds ook de minder bescheidenen der aarde fan blijken te zijn, is de beige golf al helemaal niet meer te stoppen. Ellen DeGeneres en wijlen Kimye (met de hulp van – niet toevallig – onze Axel Vervoordt!) lieten hun huizen baden in een sfeer van gespeelde schaarste, zacht weliswaar, uitgepuurd, licht en tactiel.
In navolging van Kim Kardashian en co. worden kanalen als Instagram en TikTok overspoeld door visuele prikkels van die strekking, weet Francq. Van de ingetogen kleuren binnen de subtiele quiet luxury-modetrend tot de sad beige babies aan toe – die onder die hashtag op social media bespot worden wegens het esthetisch verantwoorde doch trieste gebrek aan kleur in hun kamer, kleerkast en speelhoek. Het neutrale kleurenpalet is zich via social media in ons repertoire gaan nestelen, waardoor de trend zelfs nog meer heeft kunnen aanzwellen. “Mensen moeten vertrouwd raken met een kleur, je moet ze je kunnen toe-eigenen”, stelt Francq. Of waarom zelfs barbieroze intussen ingeburgerd is geraakt.
Al gebeurt die gewenning soms op foute basis, stelt ze. “Anders dan lang gedacht, heeft onderzoek uitgewezen dat er een traditie van polychromie was bij de Grieken.” De tand des tijds heeft elk pigment op antieke beelden en bouwwerken aangevreten, met als gevolg dat klassieke schoonheid verkeerdelijk met blank marmer werd vereenzelvigd en niet met de veelkleurige bedekking die ze daadwerkelijk hadden – ja, ook het befaamde Parthenon. “Onze smaak wordt nu eenmaal bepaald door wat we te zien krijgen. Net zoals we nu al die beige interieurs voorbij zien komen.” Zouden ze minder beige zijn, mochten we een ander beeld van de Grieken hebben gehad?
De comeback van kleur
Als het van de trends afhangt, krijgt die échte antieke polychromie hier weer meer weerklank. Alleszins: de aardetinten gaan moeten dimmen. Op een bepaald moment volgt er sowieso een tegenreactie”, verklaart Franq. Zoals in Oost-Europa, illustreert Steculorum. “De huizen waren er als revolte tegen het grijze communisme heel kleurrijk geworden.” Franq vervolgt: “Dat beige zal hier altijd blijven, maar op een bepaald moment zal dat ook verminderen. En uit onze trendrapporten weten we 100 procent zeker: er komt weer meer kleur in ons interieur. Salone del Mobile, Stockholm Furniture Fair, 3daysofdesign in Kopenhagen... We hebben daar gezien dat alle Scandinavische merken aan colour-blocking doen en kleuren in hun stoffen hebben geïntegreerd. Maar ook de Italianen, hun elegantie en kleurgebruik, zijn aan een heuse comeback toe. Dus wees maar zeker dat de felle kleuren onze richting uitkomen. We zien dat al voor de lente en zomer van 2024. Als zelfs John Pawson, de meester van het minimalisme, zijn cottage in de Cotswolds eclectisch gaat herinrichten, weet je hoelaat het is…”
‘De populariteit van Japandi heeft enorm bijgedragen aan het gebruik van neutrale tinten als beige, greige en offwhite’
Hilde Francq, trend- en colourwatcher
De timing hoeft overigens niet te verwonderen: als er donkerte heerst – een pandemie, klimaatrampen, oorlogsgruwel – snakt de wereld naar licht. “In tijden van crisis wordt er veel meer kleur gebruikt ter compensatie van die miserie“, duidt Franq. “We zijn op zoek naar een happy high, gen Z wil haar ‘kleine gelukjes’, en dat vertaalt zich in optimistische kleuren.” Raemdonck vult aan: “Het heeft ook te maken met de inzichten die we gekregen hebben tijdens de lockdown: je persoonlijkheid uitdrukken en trouw blijven aan wie jij bent, wordt belangrijker.”
Net wat Steculorum zegt: “Zeker in een stedelijke context, waar er zo’n enorme mix is van verschillende soorten mensen en culturen, gaat men op zoek naar een eigen identiteit. Dankzij onze beeldgedreven samenleving worden we geprikkeld door een gevarieerd kleurgebruik. Mensen hebben alleszins het besef dat kleur een positieve impact kan hebben. Kleuren die bij jou passen, die jouw energie stimuleren, kunnen echt een verschil maken.” “Ze zijn een verlengde van je persoonlijkheid, je kunt je eraan opladen”, weet ook Raemdonck. En nu nog durven…
3 x kleur in je interieur
Duwtje in de rug nodig om dat Belgische beige te doorbreken? Hilde Francq maakt het je makkelijker. Drie tips:
• “Op Pinterest ga je het niet vinden. Een mooi interieur is een persoonlijk interieur. Ga voor een object in een andere kleur of een kunstwerk dat de aandacht trekt, een opvallend souvenir. Het moet niet allemaal te afgelikt zijn.”
• “Groentinten zijn door corona – toen we de natuur zijn gaan omarmen – heel belangrijk geworden. Groen creëert rust, is toch levendig, genderneutraal, en heeft een frisse uitstraling. Salie gaat het helemaal maken, maar het is ook heel mooi om verschillende groentinten te combineren.”
• “De accentmuur is voor mij helemaal passé. Wat ik bijvoorbeeld veel spannender vind, is om een hoek in tinten van dezelfde kleur te zetten. Dat je werkelijk kleurblokken creëert: de muur in een tint, de lambrisering in een andere en het plafond in een derde schakering.”
Meer inspiratie
Door Annelore De Donder. Beeld: burp.