Toledo: historische parel op een half uur van Madrid
Grote kans dat je bij Toledo meteen aan die digitale leeromgeving uit je Leuvense studententijd denkt. Dat het niét enkel ‘Toetsen en Leren Doeltreffend Ondersteunen’ betekent, leer ik na een tripje aan de verborgen, Spaanse parel.
City of Tolerance
Net onder hoofdstad Madrid ligt misschien wel het best bewaarde geheim van Spanje: Toledo. Nochtans was de historische stad – waar de tijd al 400 jaar lijkt stil te staan – de thuishaven van heel wat Grote Legendes. Wielrenner Federico Bahamontes woonde er vlakbij en werd ‘de Adelaar van Toledo’ genoemd, El Greco vond er inspiratie tijdens zijn hoogdagen als kunstschilder en Cervantes‘ Don Quichot passeerde er op zijn paard terwijl-ie het onrecht uit de wereld hielp.
Dat deze plek alleen al hierom boeiend is, hoef ik je niet te vertellen. Toch ging Toledo vooral de geschiedenisboeken in als ‘Stad van Drie Culturen’. Anno nu kunnen we flink wat opsteken van hoe christenen, moslims en joden er eeuwenlang tolerant met elkaar samenleefden. De talrijke synagogen, moskeeën en kerken herinneren aan die tijd en bleven verrassend goed bewaard. Geen wonder dat Toledo op de werelderfgoedlijst van UNESCO staat.
Mooiste uitzicht ter wereld
Daar stopt het lijstje superlatieven niet. Onlangs nog kreeg Toledo van het Japans Toerismebureau een kroontje voor ‘Mooiste Nachtpanorama ter Wereld’. Gelijk hebben ze, want vanop het El Mirador del Valle Toledo heb je tijdens het golden hour een waanzinnig uitzicht over de stad. Wil je daar graag een drankje bij sippen, klim dan verder tot de Parador. Zodra de nacht valt, kijk je vanop hun terras naar de genereus verlichte Kathedraal en het Alcázar (nu een bib en legermuseum).
Achter een mooi panaroma moét wel een prachtig verhaal schuilen en dus ontdek ik de stad met gids en ‘Toledonaar’ Adolfo Ferrero. Hij kent het hier op zijn duim en lijkt wel een wandelende encyclopedie. Langsheen kasseiwegen en smalle straatjes – die wat weghebben van Marokkaanse medina’s – leidt hij me van het ene religieuze gebouw naar het andere.
Tussendoor lost Adolfo enkele insider tips en vertelt hij over lokale specialiteiten. Ik leer dat je hier de lekkerste manchego koopt (vernoemd naar de regio Castilla-La Mancha), dat Toledo bekend staat om z’n zwaarden en dat ‘Damasceen‘ (servies en juwelen met goud- of zilverdraad) hét souvenir is dat straks mee naar huis moet.
Dat de straten hier naar zoetigheid ruiken, is volgens Adolfo te danken aan de vele marsepeinfabrieken in de stad. Mazapán blijkt een specialiteit waar de Toledonaren trots op zijn, dus breng ik een bezoek aan de bakkerij van Santo Tomé, waar ze al sinds 1856 zoetigheid maken. Marsepeindokter Ana wacht me op in haar witte schort en toont hoe het er achter de schermen aan toegaat. “Het recept is eigenlijk heel eenvoudig”, verklapt ze. “Wij mixen 50% zoete amandelen uit Levante, 47% suiker en 3% honing tot een consistente pasta en creëren er allerlei figuurtjes en smaken mee. Wat onze marsepein anders maakt dan die uit Italië of Duitsland? We bakken de meeste vormpjes enkele minuten af zodat er bovenaan een krokante korst ontstaat.”
Dat het tussendoortje hier in de cultuur ingebakken zit, merk ik al snel in de plaatselijke restaurants. Bij je koffie of thee krijg je er steevast marsepein en ook in hun toetjes is deze ambacht populair. Heb ik even geluk dat ik tot de liefhebbers behoor...
Ook ontdekken in Toledo
Wie Toledo bezoekt, kan naast snoepgoed, synagogen en standbeelden nog heel wat meer ontdekken. Een lijstje favorieten – van Adolfo en mezelf – om af te vinken tijdens je trip:
- Bij Restaurant La Cave eet je verrassende tapas in een kelder, tussen de oude voederbakken. De chef creëerde moderne interpretaties van klassiekers uit de regio; hun ‘Gofre a la mar’ (gefrituurde inktvis op een zwarte aardappelwafel) won in 2022 nog brons voor beste tapa.
- Hotel Carlos V heeft een dakterras met fantastisch uitzicht over de stad. De perfecte stop voor een apero bij zonsondergang, al is ook het eten van prima kwaliteit.
- In Bar Ludeña moét je de carcamusa proberen. Dit stoofpotje met varkensvlees, seizoensgroenten en pittige tomatensalsa werd op deze plek bedacht.
- Precies 60 dagen na Pasen vieren ze in Toledo Semana Santa, dit jaar tussen 3 en 11 juni. Die week wordt het Corpus Christi met veel toeters en bellen rondgedragen door de stad.
- Op een half uurtje rijden van Toledo ligt Barrancas de Burujón, ook wel: de ‘Grand Canyon van Castilla-La Mancha’.
- Bij El Cigarral de Las Mercedes slaap je in één van de vele, luxueuze Cigarales (Spaanse villa’s) die de bergflank rond Toledo rijk is. Het uitzicht is er fantastisch, de service subliem. Prijzen vanaf € 196/nacht voor een tweepersoonskamer met ontbijt.
- Een kleiner boetiekhotel in het centrum van de stad is Entre Dos Aguas, gelegen in het ouderlijke huis van zanger Paco de Lucía. Ze hebben amper 5 kamers, werken samen met een Arabisch badhuis om de hoek én hebben het kleinste, Japanse showcooking restaurant van de stad. Prijzen vanaf € 150/nacht voor een tweepersoonskamer met ontbijt.
Zo kom je er
Vliegtuig plus trein
Met het vliegtuig ben je op zo’n twee uur van Zaventem in Madrid om van daaruit een trein te boeken. Op amper een half uurtje sta je van de Spaanse hoofdstad in Toledo.
Vliegtickets vanaf € 100 heen en terug via brusselsairlines.com.
Treinticket vanaf € 11,10 voor een enkeltje via renfe.com.
Met de auto
De Castilla-La Mancha regio leent zich ook perfect tot een autoreis. Je kan de meer dan 2000 km lange route volgen, langsheen de molens van Don Quichot. Voor deze trip heb je minstens tien dagen nodig en als je even in Toledo wil vertoeven – doen! – zelfs nog wat langer.
Meer info via spain.info en eturiaclm.es.
