Chef-reizen Evy test uit: de ultieme eco-trip naar het meer van Annecy
Bij zuiver gletsjerwater hoort een schoon milieugeweten, en dus trekt chef-reizen, Evy Van Elsacker, helemaal ecologisch naar het meer van Annecy – de perfecte trekpleister voor sportievelingen en levensgenieters.
Duurzaam op reis: die gewoonte willen we graag in ere houden. We laden onze bagage in de ruime koffer van de nieuwe Volvo C40 Recharge en rijden elektrisch richting de Franse Alpen, naar het lieflijke meer van Annecy. Normaliter doe je daar zo’n 9 uur over, wij hebben wat marge ingecalculeerd voor het laden van de auto. Met het pasje voor het Plugsurfing-laadnetwerk belanden we onder meer bij een garage waar nog elektrische auto’s staan te blinken. Die avond vinden we vlot een vrije, werkende én compatibele laadpaal op de openbare parking van Annecy. Daarmee scoort de regio een eerste goed punt. En er volgen nog veel meer goede punten. Vanuit het raam van ons aangename stadshotelletje zien we de volgende morgen het meer lichtgroen schitteren onder de zon. Het water is zo helder dat je de vissen ziet, merken we even later op de kade voor de deur. “Die prachtige kleur komt door het gletsjerwater”, vertelt onze gids Denis Fogola. “Dat dit het zuiverste meer is van Frankrijk, met bar weinig organisch afval, hebben we te danken aan een alerte burgemeester, die al in de jaren vijftig met ecologie bezig was, en in een rioolnetwerk en afvalverbranding voorzag om het meer proper te houden. Daardoor zwemt er nog houting in het meer en zalmforel.” Het is zalig wonen in deze streek, beaamt hij. ’s Zomers werkt hij in de stad en rond het meer, de natuur in, ’s winters is hij skibegeleider in de bergen, op tweeduizender La Tournette of in La Clusaz of Le Grand-Bornand, ook niet ver.
Een toertje door het middeleeuwse hart van de stad is snel gemaakt. Aan het stadhuis wappert trots de rood-witte vlag van Savoie, dat eeuwenlang geregeerd werd door hertogen. Door de riviertjes die hier samenvloeien en de vele bruggen wordt Annecy het kleine Venetië van de Alpen genoemd. De marktjes, artisanale boetieks en cafés geven er een gezellige sfeer aan. Op de daken blinken dakpannen die als visschubben over elkaar liggen. We kunnen niet weerstaan aan het lokaal gemaakte aardewerk bij Poterie Savoyarde Le Tetras noch aan de wollen sjaals uit de Alpen bij ScèneDeVie. Ook de keuze uit de vele kwaliteitsrestaurants is moeilijk. Vincent Favre Felix verleidt met een tuin in de stad, het jonge team van La Ciboulette laat een frisse wind waaien door een gastronomisch instituut, en Le Clos de Sens pronkt met drie Michelinsterren. Wij gaan voor het uitzicht op het meer, in La Voile op de eerste verdieping van het statige Impérial Palace. De zalmforel met wilde bloemen en de duif met rozemarijn smaken er heerlijk, de bediening is top en het uitzicht memorabel.
‘Door de riviertjes die er samenvloeien en de vele bruggetjes wordt Annecy het kleine Venetië van de Alpen genoemd’
Te water gelaten
In het meer liggen de waterfietsen te dobberen; trappen maar en je vindt verkoeling op het water! Wij zien het grootser. Tijdens een boottocht krijgen we een uitstekend zicht op de schoonheid langs de oevers. In anderhalf uur varen we langs sprookjesachtige kastelen, sneeuwwitte grand hôtels, strandjes en rietkragen, met de besneeuwde Alpentoppen die erbovenuit torenen. De rederij heeft ook een elektrisch schip in de vaart genomen. Nog ecologischer is de zeilclub Société des Régates à Voile aangesloten bij de École de voile française, waar iedereen welkom is voor een zeiltochtje (met of zonder begeleiding) en een drankje. We ontmoeten er Eva, die gepassioneerd is door haar hobby. “Ik trek er zo vaak mogelijk op uit in mijn catamaran”, vertelt ze. “Drie keer per week. En in het weekend doe ik graag mee aan wedstrijden.”
Er staat weinig wind, dus zeilen zit er vandaag niet in. Wij gaan voor een toer per elektrische fiets rond het meer. In drie uur ben je ongeveer klaar – zonder genietpauzes. Uiteraard bouwen wij die wél in en stoppen op de mooiste plekjes. Na de zeilclubstop houden we halt bij het mooie strandje van Saint-Jorioz en wandelen naar Villa Caroline langs de rietkragen. Caroline biedt wellnessverblijven aan op deze schitterende plek aan de oever. “Een wonder dat ik nog een vrije plek heb kunnen vinden, het meer van Annecy is bijzonder gewild en de grond is duur. Zeker de westelijke kant, die heeft de avondzon. Maar hier op de oostelijke oever is het uitzicht schitterend en hebben we ’s ochtends volop zon”, vertelt Caroline, die haar job in de immobiliënsector vaarwel zei om zich toe te leggen op het helpen ontstressen van haar gasten. Alles is hier doordacht: van de gekozen glutenvrije ingrediënten, de muziek en de geuren in de lounge, de boeken en de films, het zout voor voetbaden en de warmwaterkruik voor op je lever, tot en met het ontstressende water met lage zuurtegraad. Geen alcohol, koffie of vet bij de maaltijd, en de smartphone blijft op de kamer, om ten volle te genieten van zuiverheid en de schoonheid van deze plek aan de oevers. We lopen naar het strandje, waar enkele zwanen zitten. “In de tuin doen we elke ochtend aan yoga, pilates en qi gong,” zegt Caroline, “en ook massages op de meridianen helpen. Die doen we ook in de openlucht.”
Tour d’Annecy
Verder op ons fietspad – sinds kort gaat dat het hele meer rond – kruisen we vele andere wielertoeristen. Virginie en Mathilde komen uit het noorden van Frankrijk, ze vergezellen hun partners die deelnemen aan de triatlon Ironman. Zelf doen ze het iets rustiger aan, maar sportief zijn ze zeker. Ze snellen al vlug uit ons zicht, wanneer wij na de volgende fotostop toe zijn aan een drankje. “Als we nu hier de overzet nemen, snijden we een flink stuk af”, opper ik wanneer het begint te druppelen. Het is een plezier om te wachten op de ferry, elke gemeentelijke halte zit in een romantisch huisje dat zorgt voor beschutting tegen zon en regen. Want ja, af en toe moeten onze regenjassen aan. Het weer is onvoorspelbaar in de bergen en het is een groene streek die weinig last heeft van droogtes. Integendeel, we kunnen naar de waterval van Angon wandelen op onze volgende halte. Verrassend hoog en mooi verscholen in het groen. En ook hier is weer een aangename plek om te pauzeren. Schitterende gerechten in de pop-upbar Les Cassines waar de kok tovert met de unieke vissoort féra – die zwemt alleen in het meer en nergens anders. Van de zonsondergang genieten we in de bar van nog zo’n zalig verscholen plekje langs het water, Le Petit Paradis d’Ici. Romantischer dan dit wordt het niet, zien we aan het koppeltje dat voor het privétafeltje koos op de steiger in het meer. We fietsen het meer rond en beslissen: Talloires is ons favoriete dorp. In het natuurgebied Roc de Chère wandelen we tussen eiken en orchideeën naar het uitzichtpunt. “Er zijn hier enorm veel planten diersoorten, op het kruispunt van een Alpen- en mediterraan klimaat, plus een microklimaat door de weerspiegeling van het meer”, vertelt de boswachter. In de diepte ligt een prachtig hotel te fonkelen. Dus rijden we daar na onze fietstocht naartoe, met de bagage mee in de auto.
Culinaire climax
Een verblijf bij Jean Sulpice en zijn vrouw Magali in hun Auberge du Père Bise mag niet ontbreken. Deze jonge kok en sommelière scheerden al snel hoge toppen toen ze in skioord Val Thorens werkten. Inmiddels zijn ze afgedaald naar het meer, waar ze een iconisch hotel-restaurant konden overnemen in hun eigen streek, de Savoie. “Het is een eer om die traditie verder te zetten en het gastronomische niveau te garanderen”, glimlacht Jean. Stress heeft hij daar niet door, de sterren fonkelen aan zijn deur. Zijn klanten volgden hem van de bergen naar het meer en zijn gastronomische restaurant wordt alom bejubeld. “Ik heb nu nog meer keuze aan ingrediënten uit mijn streek, de Savoie, die ik koester. Mijn keuken neemt je mee op ontdekking in deze prachtregio tussen meer en bergen.” Zijn menukaart noemt hij een ‘reisdagboek’. De gerechten spreken tot de verbeelding: féra met waterkers, snoekbaars met daslook, mousse van beaufortkaas en dessert met lokale saffraan of klaversorbet. Aan de entree van Jeans gastronomische tempel hangen als decor oude Michelingidsjes. “Sommige klanten zijn vrienden geworden”, vertelt Jean. “Het deed me echt iets toen een Belgische trouwe klant me de gids uit 1903 cadeau gaf, het jaar waarin de Auberge du Père Bise is gestart. Net als mijn grootvader, die ook chef-kok was, sta ik erop om met lokale ingrediënten te werken en zo de geneugten van mijn streek aan iedereen te tonen. Ik ga zelf de vis kiezen bij de twee lokale beroepsvissers die een vergunning hebben. Er wordt heel strikt gewaakt over het behoud van het visbestand.” De bergen mist hij niet. “Ik heb ze nog altijd vlakbij, ik fiets elke dag naar boven, de natuur in. Dat inspireert mij.”
Magali zwemt elke ochtend in het meer om haar dag te beginnen. “Dat geeft een enorme energieboost”, zegt ze. “Zo hou ik me ook aan mijn belofte. Een vriend bezwoer me nooit te vergeten in welk paradijs wij hier werken, hoe druk het ook is, en elke dag tijd te maken om te genieten van deze heerlijke plek.” Magali ontfermde zich over de decoratie – “gezellig zoals in een buitenverblijf” – samen met binnenhuisarchitecte Émilie Bonaventure en beheerst nu het vak van hotelier tot in de perfectie. Ze voegde een lichte, ruime wellness toe aan het geheel, waar je zwemt of bubbelt met zicht over het meer. Na de behandelingen kun je even schommelen buiten, of tot rust komen in de ligzetels. Er is ook een privéstrand waar je het meer kunt induiken en een steigertje waar je per boot kunt aankomen of vertrekken. En daar is nu nog een extra reden voor: de nieuwe bistro. Ook daar proef je de zalige gerechten van Jean, maar dan iets minder prijzig. Met zicht op de steiger genieten wij van de traditionele soufflé van rivierkreeftjes, die hier al generaties lang bereid wordt. “Die erfenis móést op het menu blijven staan”, zegt Jean als we hem uitgebreid complimenteren. Zijn onweerstaanbare roze praline met amandelen en roze suiker, bij de koffie of thee, is nog zo’n voltreffer. Die is ook te koop in de winkel ernaast, waar je Jeans huisgemaakte confituren, gebak en ijs kunt kopen en zijn fietskledij, Sportful. Alweer een groot succes, zowel locals als toeristen lopen er graag binnen.
Springen maar
De laatste dag zoeken ook wij hogere regionen op. Onze elektrische bolide doet het wonderwel steil omhoog – daar waren we wel benieuwd naar – en verbruikt er zelfs minder dan op de autostrade, want tijdens het naar beneden rijden laadt de Volvo C40 Recharge zichzelf weer wat op. Onderweg staan er bordjes met uitleg over de unieke natuur, koningsadelaars zijn hier thuis. Het uitzichtpunt op de Col de la Forclaz is adembenemend, het meer is er te zien in zijn volle lengte. De lucht is puur en strakblauw, het meer heldergroen en af en toe glijdt er een paraglider door dat schitterende panorama. Benieuwd naar die durfals klimmen we nog hogerop, naar het startpunt voor de springers. Er staat een hele rij wachtende enthousiastelingen van alle nationaliteiten. Ondertussen checken de begeleiders de wind, kijken ze de draden van de glijschermen nog eens na en blijven ze met hun walkietalkies in contact met beneden, om een go te geven aan de volgende springer. “De wind moet zwak zijn en goed zitten, zodat we op de juiste plek kunnen landen”, vertelt Marion. Of ze niet bang is om zo de rots af te springen? “Het is altijd een mengeling van angst en opwinding als ik naar de rand loop en spring”, zegt ze. “Maar eenmaal je zweeft is de ontspanning totaal. Er gaat niks boven zo’n zweefvlucht over het meer. Als je het goed beheerst, kun je uren in de lucht blijven.” Deze rots is dan ook alom bekend bij zweefhobbyisten, die er van heinde en verre naartoe komen. Ook Thomas is er niet weg te slaan. “Ik kom hier na mijn werk of heel vroeg ’s morgens”, vertelt hij. “Ik heb al zeker achthonderd keer gesprongen. Gevaarlijk? Nee. Ballonvaren, dat vind ik pas gekkenwerk. Met een ballon kun je niet sturen, wij kunnen dat wel. We landen zacht.” Ik stap naar de rand om eens te proeven van dat gevoel. De schoonheid is zo al overweldigend, en wie die laatste stap durft te zetten de leegte in, wordt er helemaal één mee. Met de lucht, het decor, het meer, de natuur; hoe wonderlijk is het om er helemaal in op te gaan. Volgende keer waag ik het er misschien ook op. Om vanuit alle perspectieven verder te genieten van deze pracht!
Het meer van Annecy: praktisch
Ecologisch onderweg:
- Annecy ligt op 815 km van Brussel. Met de auto rij je via Dijon richting Genève. De Volvo C40 Recharge heeft een actieradius van 430 km. In de praktijk is het nodig om meer dan één keer bij te laden. De route duurt ongeveer 10 uur inclusief 3 elektrische laadbeurten. Meer info via volvocars.com
- De Thalys en TGV brengen je in minder dan 6 uur van Brussel naar Annecy, met slechts 1 overstap. Vanaf € 91 enkele reis. Meer info via sncf-connect.com
Loungen langs het water
- Het statige Impérial Palace in (neo) belle-époquestijl hartje Annecy biedt behalve stijlvolle kamers en spa, ook een uitstekend restaurant met uitzicht, La Voile. In de Hip Bar ernaast zijn er geregeld live jazzoptredens. Beneden een groot terras. Menu vanaf € 65. Meer info via hotel-imperial-palace.com
- Ideaal voor een fietshalte is de pop-upbistro en bar Les Cassines aan het strandje van Angon. Met uitstekend slowfood en lekkere cocktails. Gerechten vanaf € 14. Meer info via les-cassines.com
- Le Petit Paradis d’Ici in Talloires is enkel te voet te bereiken. Volg de wegwijzers en je komt bij een leuke bar en bistro aan het water, les pieds dans l’eau. Ideaal om romantisch weg te zwijmelen bij zonsondergang. Enkel open bij mooi weer! Hapjes vanaf € 9. Meer info via petitparadisdici.fr
- Le 1903 in Talloires is hét adres voor fijnproevers, een waardig alternatief voor het prijzige tweesterrenrestaurant van dezelfde topchef Jean Sulpice. Met de keuken van de Savoie in de schijnwerpers en zicht op het meer. Tip: bestel ervoor of erna een drankje in de Marius Bar met weergaloos terras en geniet van de moderne, relaxte Franse luxe. Menu vanaf € 60. Meer info via perebise.com/restaurant-le-1903
Tophotels op de oevers
- Het Boutik Hotel met boho-interieur ligt dicht bij de kade van Annecy, waar de pleziervaarten starten. Je kiest er uit 12 themakamers met een knipoog. Uitstekend ontbijt met vers sap en heerlijk gezette koffie. De receptie is tegelijk een conceptstore met mooie decospullen. Vanaf € 150 voor 2 personen. Meer info via leboutikhotel.com
- Villa Caroline in Duingt is de place to be voor wie wil detoxen in deze pure omgeving. Salon, spa en tuin zijn oases van rust, de kok zorgt voor erg doordachte, gezonde gerechten. Vanaf € 371 voor 2 personen. Meer info via villacaroline.net
- Le Mouton Bleu in Talloires biedt moderne kamers, sommige met mezzanine. Van het zeer uitgebreide ontbijt met lokale producten geniet je met zicht op het zwembad. Uitstapjes kunnen per elektrische fiets of watertaxi. Vanaf € 197 voor 2 personen. Meer info via hotelmoutonbleu.com
- L’Auberge du Père Bise is het neusje van de zalm. De prachtige ligging met terras en steiger, de topgastronomie, de mooie spa en de relaxte maar professionele bediening maken dit hotel tot een aanrader als je iets te vieren hebt. Vanaf € 420 voor 2 personen. Meer info via perebise.com
Sporten aan het meer
- Het fietspad van 40 km rond het meer is nu helemaal af. Fietsen huren kan via de hotels. Je kunt ook terecht bij verhuurders als Roul’ Ma Poule in Annecy en Nomad Bike, aan het strand van Angon. Vanaf € 23 per dag. Meer info via annecy-location-velo.com en nomadbike.fr
- Wandel langs de rietkragen over het Circuit des Roselières in Saint-Jorioz, of in natuurgebieden wat hogerop, zoals het pad naar de waterval van Angon, Pont des Fées of de Roc de Chère. Meer info via reserves-naturelles.org/roc-de-chere en talloires-lac-annecy.com/fr/explorer/nature
- Zeilen leer je bij de Société des Régates à Voile d’Annecy. Of huur een boot met kapitein. 5 dagen les voor € 185. Meer info via srva.info
- Wie geen hoogtevrees heeft, kan op de Col de la Forclaz terecht voor een duosprong per parapente of een deltavlucht. Vanaf € 75. Meer info via annecy-parapente.fr en lac-annecy.com
Tekst: Evy Van Elsacker. Beelden: Karl Bruninx