Ann Veronica Janssens: portret van een bijzonder lichtkunstenaar
Wanneer het aankomt op lichtkunst, kun je niet om Ann Veronica Janssens heen. Een portret in woord en beeld van een artiest die het onzichtbare zichtbaar maakt.
Licht: het is voor de meesten van ons een vormloos, efemeer en ongrijpbaar iets. Maar dat lijkt het niet te zijn voor Ann Veronica Janssens. De in Brussel wonende en werkende kunstenaar weet licht niet alleen te vangen en in vorm om te zetten, ze slaagt erin het nog te exposeren ook. Dat doet ze al decennialang met sculpturen en immersieve installaties die samen een poëtisch oeuvre vormen dat via de zintuigen bij de toeschouwer naar binnen dringt.
Janssens, geboren in 1956 als dochter van Belgische ouders in het Engelse Folkestone en opgegroeid in Kinshasa en Brussel, begon eind jaren zeventig als La Cambre-alumnus en laureaat van de Young Belgian Art Prize naam te maken in de Belgische kunstwereld. Vandaag, een goeie 45 jaar later, is ze een graag geziene hedendaagse kunstenaar met internationale renommee. Een sleutelmoment in haar carrière was haar deelname aan de Biënnale van Venetië in 1999, waar ze samen met Michel François België vertegenwoordigde.
Sindsdien liepen er veel grote solotentoonstellingen in onder meer de Kunsthalle van Münster, de White Cube Gallery in Londen, De Pont in Tilburg en de Pirelli Hangar Bicocca in Milaan. Haar werk maakt vandaag deel uit van belangrijke kunstcollecties zoals die van het Gentse S.M.A.K., het Deense Louisiana Museum of Modern Art, Museum Voorlinden in Wassenaar, het Centre Pompidou in Parijs en de Pinault Collection van de gelijknamige Franse verzamelaar. Ook maakte ze heel wat in-situwerken – in ons land, maar evenzeer in Spanje, Portugal en de VS – en werkte ze veelvuldig samen met Rosas-choreografe Anne Teresa De Keersmaeker voor scenografieën.
Ze is een veelgevraagde artiest die intens kauwt op de uitwerking van haar projecten, waarvoor ze vaak de samenwerking aangaat met derden, zijnde ingenieurs, wetenschappers en architecten. Dat ze uit een architectenfamilie komt en zelfs ooit kortstondig een architectuurstudie aangevangen heeft, verklaart veel van haar gevoeligheid voor bouwkunst en de nauwe dialoog die haar werk aangaat met de setting waarin het terechtkomt.
Méér dan mooi
Waar de aantrekkingskracht van Janssens’ werk zit? Alvast in haar veelzijdige aanpak: die maakt dat haar praktijk, die ook weleens vergeleken wordt met die van een alchemist die in een laboratorium met de elementen jongleert, nooit gaat vervelen. “Ik probeer het onzichtbare zichtbaar te maken”, liet de kunstenaar zich al eens ontvallen. Iets wat ze onder meer doet door het spanningsveld in de kunst tussen het eeuwige en het vluchtige op te zoeken. Ter illustratie: in Ice Blue Bar (2017) (zie foto) lijkt ze iets vloeibaars – je ziet de luchtbelletjes nog zitten – voor eeuwig te bevriezen in een glazen balk. Maar niets is wat het lijkt, want ze legt het werk op de grond neer, tegenover een groot raam, waardoor het buitenlicht telkens weer een nieuwe gedaante aan de sculptuur geeft. Omgevingslicht speelt dan ook een onmiskenbare rol binnen de perceptie van haar oeuvre. Een toeschouwer die haar werk vanuit alle hoeken bekijkt, ziet méér.
Haar tot de verbeelding sprekende glitterwerken, waarvoor ze een emmer met kleurrijk, glinsterend poeder over de vloer gooit (zie Untitled (Blue Glitter), 2015), zijn dan weer zeer vluchtig. Deze kunnen met één verkeerde beweging weggeveegd worden. Een fragiliteit en subtiliteit die Janssens heel bewust opzoekt. De glitterwerken worden op verschillende locaties hernomen, maar zullen er omwille van de factor toevalligheid nooit identiek kunnen uitzien.
En dan is er nog de esthetiek: haar werk is ook gewoon mooi om naar te kijken. Getuige de gulzigheid waarmee het doorgaans door toeschouwers gefotografeerd wordt. Al is dat niet wat de kunstenaar beoogt. Naar aanleiding van een solo in de South London Gallery in 2020, vertelde ze dat de aantrekkelijkheid van haar installaties louter een onbewust gevolg is. “Ik denk niet aan schoonheid wanneer ik werk”, klonk het daar. Een voor de maker onbewust, maar voor het publiek uiterst aangenaam gevolg dus.
Magie voor elke dag
Of het nu kleurprojecties tegen een wand (zie Hot Pink Turquoise, 2006), videokunst geïnspireerd door zonsverduistering, magische spiegels (zie Magic Mirrors (Pink & Blue), 2013-2023), aquariums met vloeistofexperimenten, gehamerde glasplaten of desoriënterende mistinstallaties (zie Yellowbluepink, 2015) zijn: Ann Veronica Janssens’ fascinatie voor (dag)licht, een die ze naar eigen zeggen al van kinds af aan heeft, loopt er als een helle lijn doorheen. “Mijn belangrijkste materiaal is licht”, zei ze naar aanleiding van haar solo-expo ‘Hot Pink Turquoise’ in het Deense Louisiana Museum in 2020. “Ik gebruik het in alle vormen: vloeibaar, vast, gasvormig en als weerspiegeling.” In kunstmagazine Hart liet ze enkele jaren terug dan weer optekenen welk specifiek licht haar voorkeur draagt: ‘Het allermooiste licht, is het licht van de zon, of liever het licht dat de aarde omvat. Dat is het levendigste, meest veranderlijke licht dat er bestaat. Het licht dat ons ontsnapt en dat we niet kunnen controleren.’
Haar totaalkunst, gedreven door een samenspel van datzelfde licht, maar ook van ruimte, kleur en geluid, doet soms denken aan dat van kunstenaars als James Turrell of Olafur Eliasson. Ook zij puren inspiratie uit natuurkundige fenomenen voor hun installaties. Zelf gaf Janssens in het verleden al aan geïnspireerd te zijn door stromingen als de Amerikaanse Light and Space-beweging, het constructivisme en de opart. Het is niet toevallig dat een van de meest actuele catalogi die rond Janssens’ werk verschenen zijn de titel Entre le crépuscule et le ciel draagt. Niet haar woorden, maar die van Frans schrijver René Char. Een veelzeggende keuze, want het werk van Ann Veronica Janssens schippert effectief voortdurend tussen die ‘schemering’ en ‘lucht’ waarvan sprake. Tussen zien en niet zien.
Kijken naar het werk van Ann Veronica Janssens is een manier om stil te staan, het concept ‘tijd’ te vergeten en zo het bijzondere in het alledaagse te ontdekken. Of zoals de Britse krant The Guardian Janssens even geleden in een laaiende recensie omschreef: ‘She is an artist of everyday magic’.
Ann Veronica Janssens zal een artistieke bijdrage leveren aan het Brusselse podiumkunstenfestival ‘Kunstenfestivaldesarts’ in mei 2025, meer info via Kfda.be