Een lente-look voor elk kleurtype
De ene straalt met paarse kledingstukken, de andere zou er beter nooit mee buiten komen. Maar hoe weet je nu welke kleuren er perfect bij jou passen en welke niet?
Om het met een cliché te beginnen: iedereen is anders. Maar toch kunnen we de meeste vrouwen in een van vier kleurtypes onderbrengen: winter, zomer, lente en herfst. Ontdek welk type jij bent en spot onmiddellijk de mooiste stuks die bij je passen voor deze lente.
1. Wintertype
Wintertypes hebben donkere of heldergrijze ogen. Ze hebben een blekere huidskleur: rozig, olijfachtig of porselein, en een donkere haarkleur. Herken jij je daar in? Draag dan vooral geen bruine of oranje kleuren en blijf zeker weg van pasteltinten. Wat dan wel? Ga voor koele kleuren, donkerblauw of rood. Wit en zwart passen ook goed bij jou.
2. Zomertype
Heb je lichte ogen, een bleke, rozige huid en een lichte tot middendonkere haarkleur? Dan ben jij een echt zomertype. Waar een wintertype niet mee weg komt, maar jij wel, zijn pastelkleuren. Ook jij kan voor blauw gaan. Maar ga kleren met felle contrasten, geel of oranje uit de weg.
3. Lentetype
Als je lichte of warme bruine ogen hebt met een bleke huid die vaak verbrand en een kapsel hebt met een koperen gloed, dan ben je een echt lentetype. Kies voor groen, blauw, warme beige of pastelkleuren. Vermijd zwarte kleren want die doen je er ouder uitzien dan je echt bent. En dat wil toch geen enkele vrouw?
4. Herfsttype
Blauwe of groene ogen? Check. Huidskleur met een warme tint? Check. Donkerblond, rood of hazelkleurig haar? Check. Jij bent een herfsttype. En goed nieuws: jij kan veel dragen. Warme tinten, oranjebruin, oker, diepgroen, aardetonen .... Ontwijk wel grijze of witte kleuren.