Filip lust (bijna) niets én is er blij om
We kunnen allemaal genieten van eens lekker te gaan eten. Soms is het zelfs moeilijk om een beslissing te nemen. Filip vindt het daarentegen gemakkelijk dat hij niet veel lust.
ik moet alleen maar kijken
Filip: "Mijn omgeving zegt me dat ik wat culinaire smaken betreft ergens ben blijven hangen op mijn elfde. Ik heb er zelf geen last van, en vind het best makkelijk dat ik weinig lust. Wat ik eet? ’s Morgens boterhammen met choco, en ’s middags ook. Uitzonderlijk eens met hagelslag. Op harde broodjes eet ik enkel preparé. Alle ander beleg en zachte broodjes zoals sandwiches lust ik niet.
Als ik naar de Quick ga, eet ik dus een hamburger zonder het broodje. Dat gooi ik weg. En ook de groene schijf. Alle groene schijven – komkommer, augurk, courgette – vind ik vreselijk. Sla, tomaat en wortel lust ik wel, maar kolen vind ik horror. Van fruit eet ik enkel appels, mandarijntjes en druiven. Maar dan ook niet verwerkt: appelmoes krijg ik niet binnen.
Van vlees lust ik de meeste ‘normale’ dingen zoals biefstuk, worst en hamburger, maar vis of schaaldieren niet. Ik eet niets wat uit het water komt. En kaas lust ik ook niet. Ik weet meteen of ik iets niet lust door ernaar te kijken, en ga het dan ook niet proberen. Het is zeker iets psychologisch, maar misschien zitten mijn smaakpapillen ook écht anders in elkaar. Het is van kinds af zo geweest. Ik wilde niets nieuws proberen, en mijn moeder gaf dan maar toe.
‘Elke morgen boterhammen met choco en ’s middags ook. Heel uitzonderlijk eens hagelslag’
Als ik ga eten bij vrienden of met collega’s, gebeurt het vaak dat mensen mij zaken willen leren eten, maar dat lukt niet. En altijd krijg ik dan te horen: ‘Wat zou je doen als het oorlog is?’. Maar dat lach ik weg. Ik zie er zelf geen probleem in, want ik eet veel én graag. Ik heb ook geen tekorten, want ik eet best veel fruit en ook genoeg groenten.
champignons moeten weg
Ik zie er ook de zin niet van in om dingen te eten die ik niet lust. Ik kan daar niet schijnheilig in zijn. We hebben vrienden die voortreffelijk kunnen koken, de meest verfijnde gerechten. Maar nee, dat probeer ik niet, hoe jammer ze dat ook vinden. Mijn vrouw is er wel in geslaagd mij uien en paprika te doen eten, en sinds een jaar of vijf lust ik ook bruin brood. Dat is zowat het enige wat er is bijgekomen sinds mijn kindertijd (lacht).
Het ergste? Champignons. Ik weet die perfect te vinden in elke spaghettisaus of vol-au-vent, ook al zijn ze heel klein gesneden. Ze moeten er eerst allemaal uit. Daarom eet ik nooit gemixte soep. Stel dat er champignons in verwerkt zitten!”
Toch kan smaak wel eens belangrijk zijn in de liefde. Bekijk hier het onderzoek van Knorr.
Meer straffe getuigenissen:
Op mijn 21 kreeg ik te horen dat mijn vader niet mijn échte papa was
Katoo groeide op in een gezin met twee moeders
Cathy werd verliefd op de man van haar beste vriendin
Door: Annelies Vanbelle