Seizoensgebonden producten kopen op de zondagsmarkt is momenteel erg hip. Maar voor Magali, 37 jaar en onderwijzeres, is het een echte levensstijl geworden waardoor ze de pret van eten herontdekte.
“Ik ben opgegroeid in een gezin dat het niet breed had. Mijn ouders deden hun boodschappen in discountwinkels. Een typische maaltijd bij mijn moeder was varkenskotelet, aardappelen en een salade van tomaten en komkommers. We dronken aangelengde sapjes en aten mierzoete koekjes. Die gewoontes en smaken nam ik dus mee naar mijn volwassen leven.
‘Ik vind het heerlijk om elk nieuw seizoen weer bepaalde voedingswaren terug te vinden’
Toen ik beter begon te verdienen, kon ik mijn boodschappen in andere winkels doen en nieuwe smaken ontdekken. Ik kreeg vrienden die andere eetgewoontes hadden en die me dingen lieten proeven die ik niet kende. En dan was er ook het maatschappelijke aspect. Ik werd me bewust van de arbeidsomstandigheden van de mensen die in de discounts werkten, ik begon ook na te denken over de ecologische impact die dat soort voedingsproductie had, en over de voedingswaarde van wat ik at.
Plezier in eten
Tegenwoordig ga ik niet meer naar de supermarkt, ik koop liever lokale seizoensproducten (in de winter moet je wel een beetje creatief zijn), ik koop in het groot in op de markt, bij leveranciers met wie ik een band heb gekregen. Ik vind het heerlijk om elk nieuw seizoen weer bepaalde voedingswaren terug te vinden, van kaki’s tot bosbessen, van pompoenen tot tomaten. Ik eet veel minder vlees, en heel weinig kant-en-klare producten als koekjes of chips.
Wat vooral veranderd is, is het plezier dat ik in eten heb. Ik vind het altijd weer een feest, terwijl het vroeger een taak was, zoals de afwas doen of strijken. Ik ben wat afgevallen, maar daar ging het me niet om. Ik merk alleen dat ik meer energie heb en een veel beter humeur.”
Lees meer over een gezondere levensstijl:
Openingsbeeld: Getty Images
