Het nut van Nutri-Scores: simpel systeem of onlogisch en misleidend?
Je kunt er niet meer naast kijken op de verpakkingen in de supermarkt: de witte letters (van A tot E) op een gele, groene of rode achtergrond, die aangeven of het product dat je koopt al dan niet gezond is. Maar hoe goed is het rapport van de zogenaamde Nutri-Scores zelf? Topchef Seppe Nobels geeft het systeem alvast tien op tien.
Het Nutri-Score-systeem koppelt positieve eigenschappen die aanwezig zijn in onze voeding, zoals vitaminen, eiwitten en vezels, aan negatieve eigenschappen zoals suikers, verzadigd vet en zout. Die score wordt vervolgens omgezet in een combinatie van een letter en een kleur. Producten met de grootste voedingswaarde krijgen een donkergroene A, de voedingsmiddelen die je moet beperken, krijgen en rode E. Een duidelijk systeem dus, dat volgens een onderzoek van Sciensano (het Belgisch instituut voor gezondheid) door de Belgen verkozen werd als meest gebruiksvriendelijke label voor consumenten. De Nutri-Score werd in de zomer van 2018 ingevoerd door toenmalig minister Maggie De Block. Ons land volgde daarmee het voorbeeld van Frankrijk, waar het systeem twee jaar eerder op punt gezet werd door de hoge raad voor de volksgezondheid. Zij namen het algoritme over dat al in 2005 ontwikkeld werd door een groep wetenschappers verbonden aan de Universiteit van Oxford.
Stap in de goede richting
Maar de vraag is of dat systeem nu echt nodig was? Is het niet evident dat een appel gezonder is dan een reep chocolade? Kunnen consumenten niet zelf inschatten welke producten goed of slecht voor hen zijn? Volgens voedingsdeskundige Evelyne Mertens helpt de Nutri-Score mensen wel degelijk om de juiste voedingskeuzes te maken. Zij is als master in Management en Beleid in de Gezondheidszorg verbonden aan de KULeuven, en ze ziet best veel voordelen in het systeem. Mertens: “Het is een stap in de goede richting, die mensen bewustmaakt van hun keuzes. Uiteraard zijn het vooral de consumenten die sowieso al bezig zijn met een gezond eetpatroon, die aandacht besteden aan de Nutri- Scores bij het boodschappen doen. Maar anderzijds stimuleert het ook de fabrikanten om hun producten aan te passen door bijvoorbeeld suikers en vetten te beperken, om zo een betere Nutri-Score te behalen. En dat is ongetwijfeld een goede zaak.”
Studies bevestigen inderdaad dat het systeem consumenten helpt om gezondere aankopen te doen, maar hier en daar gaan er ook kritische stemmen op die bepaalde uitkomsten van het algoritme in vraag stellen. Zo ontdekte presentatrice Britt Van Marsenille in het Eén-programma Factcheckers onlangs dat een zak paprikachips een hogere Nutri-Score krijgt dan een pakje gerookte zalm, en dat cola light beter scoort dan olijfolie. Een tikje absurd, als je het ons vraagt. Of toch niet? Evelyne Mertens: “Het systeem kan soms onlogisch lijken, maar dat is vooral omdat mensen niet goed weten hoe ze het moeten gebruiken. De bedoeling is altijd geweest om producten uit eenzelfde voedingsgroep met elkaar te vergelijken. Als je twijfelt tussen drie soorten koekjes, kies je dus best de koekjes met een B-score boven die met een D-score. Maar het heeft geen zin om ontbijtgranen te gaan vergelijken met een stuk fruit. Gerookte zalm is een pak ongezonder dan verse zalm, omdat er heel veel zout aan toegevoegd werd. Al kies je nog steeds beter voor vis, zelfs als hij gerookt is, dan voor een frikandel. En het feit dat de gerookte zalm minder goed scoort dan de paprikachips, heeft opnieuw te maken met de grote hoeveelheid zout. In combinatie met de aanwezige vetzuren zorgt dat voor een lagere Nutri-Score. Eigenlijk is het systeem heel simpel, op voorwaarde dat je juist geïnformeerd bent. Wat ook meespeelt, is dat er bij de toekenning van de score geen rekening gehouden wordt met de bereidingswijze. Daardoor krijgt een pak diepvriesfrietjes een A-score – want ze zijn gemaakt van aardappelen – wat mensen kan doen interpreteren dat ze er zoveel van mogen eten als ze maar willen. Niet dus! Wie geen rekening houdt met die informatie, kan het systeem misleidend vinden.”
‘De wetenschappers die het algoritme ontwikkelden, kijken vooral naar de invloed van de voedingsproducten op o.a. gewicht en hart- en vaatziekten’
Altijd A?
Waar het algoritme ook geen rekening mee houdt, is de portiegrootte van de voedingsmiddelen. De score wordt berekend op een hoeveelheid van 100 gram of 100 milliliter van een product, wat meteen de slechte score van olijfolie verklaart. Want niemand consumeert uiteraard een deciliter olie per keer. Ook de eventuele toevoeging van additieven zoals bewaarmiddelen en pesticiden wordt niet meegeteld bij de berekening.
Dat verklaart dus de verrassend goede score van een drankje als cola light, dat over het algemeen niet echt als een gezonde keuze wordt beschouwd. “De wetenschappers die het algoritme ontwikkelden, kijken vooral naar de invloed van de voedingsproducten op o.a. gewicht en hart- en vaatziekten”, vertelt Evelyne Mertens. “Daarvoor baseren ze zich vanzelfsprekend op wetenschappelijke studies. Mensen gaan ervan uit dat aspartaam, de zoetstof die gebruikt wordt in lightfrisdranken, een nadelig effect heeft op hun gezondheid, maar dat is nog nooit waterdicht bewezen. Als het al is aangetoond, gaat dat over gigantische hoeveelheden die je nooit kunt consumeren als je maar af en toe een glas drinkt. Ik vind het dus niet onlogisch dat de Nutri-Scores daar geen rekening mee houden.
Hetzelfde geldt voor additieven, waarvan een kleine hoeveelheid ook niet schadelijk is.” Evelyne Mertens pleit voor een goede mix van gevarieerde producten: “Ga niet met het idee naar de winkel dat je enkel producten met een A-score moet kopen. Dan kom je misschien thuis met een zak diepvriesfrieten, een potje yoghurt en een pak koekjes, weliswaar allemaal met een A op de verpakking, maar daarom geen volwaardige maaltijd. Koop gewoon binnen de voedingsgroepen die je nodig hebt de producten met een goede score. Kies bijvoorbeeld voor verse kabeljauw met score A in plaats van gepaneerde vis met score C, maar voel je ook niet schuldig als je een dessertje met een minder goede score kiest. Bij een evenwichtig voedingspatroon mag je gerust af en toe eens zondigen.”
‘Genieten mag en moet zolang het met mate gebeurt, en net daar kunnen de Nutri-Scores bij helpen’
Genieten met mate
Dat het niet altijd supergezond hoeft te zijn, vindt ook Vlaanderens bekendste groentechef Seppe Nobels, die dit jaar voor het eerst de splinternieuwe groene Michelinster mocht ontvangen voor zijn restaurant Graanmarkt 13 in Antwerpen. Hij bracht in januari het allereerste kookboek op de markt waarin bij elk gerecht de Nutri-Score vermeld staat, een unicum in Europa. De meeste van zijn bereidingen scoren een A, maar bij de sauzen en de desserten duikt er hier en daar ook een D-score op. “Ik krijg een punthoofd van kookboeken waarbij de gezondheid primeert op de smaak. Ik geloof niet in het weglaten van bepaalde ingrediënten zoals suikers of vetten. Uiteraard vind ik dat eten zo gezond mogelijk moet zijn, maar mijn recepten moeten in de eerste plaats lekker zijn. Natuurlijk kun je alles met plantaardige margarine klaarmaken, maar er kan nu eenmaal niks tippen aan de smaak van echte roomboter”, aldus de topchef. Waarom vond hij het dan toch zo belangrijk om de Nutri-Scores op te nemen in zijn nieuwe boek? Nobels: “De scores helpen je om te weten waar je beter wat meer en waar je beter iets minder van zou eten. Zoals ik al zei, geloof ik niet in beperkingen, maar wel in kiezen voor de juiste hoeveelheden. Ik wilde een boek schrijven over ons cultureel erfgoed, en daar horen nu eenmaal klassiekers bij zoals stoofvlees met frietjes, die misschien niet zo hoog scoren op de gezondheidsschaal, maar wel superlekker zijn. Die recepten mogen niet verloren gaan. Mijn grootste angst is dat je binnenkort overal in de wereld hetzelfde kunt eten. Of je nu op de hoek van Central Park in New York staat, of aan het stadspark van Antwerpen, overal vind je dezelfde eettentjes met identieke gerechten. Mij zul je niet snel zien koken met avocado’s of exotisch fruit. Ik wil mensen laten genieten van de unieke smaken van onze Belgische keuken. Het beste eten is datgene wat je aan je kindertijd doet denken, het soort eten dat je een goed gevoel geeft. Ja, ik ben een groentekok en ik vind het belangrijk dat mijn kinderen gezond en gevarieerd eten. Maar als we op de Sinksenfoor zijn, smullen we samen van echte lacquemants (een dunne ovale wafel, red.). Dat is traditie. Genieten mag en moet, zolang het met mate gebeurt. En net daar kunnen de Nutri-Scores bij helpen.”
Madeleines met een E
Elk recept uit Nobels’ nieuwe boek voorzien van de correcte Nutri-Score was een heus huzarenstukje. Een Kookboek bevat maar liefst 450 klassiekers uit de keuken van de chef, en een team van drie mensen werkte een hele maand om de scores van gerechten zoals asperges à la flamande (score B), maar ook couscous van bloemkool (score A) te berekenen. Nobels: “Ik wilde ook per se de heerlijke madeleines in mijn boek opnemen die we bakken bij Graanmarkt 13, ook al kregen ze als enige dessertje een E-score. We maken ze met verse hoeveboter en lokale honing die we zelf oogsten op het dak van het restaurant. Ik wilde dus absoluut geen toegevingen doen op kwaliteit, ongeacht de invloed op de Nutri-Score. Daarnaast heb ik ook een poll laten uitvoeren bij tweeduizend jongeren tussen de twaalf en de achttien jaar om te weten te komen wat hun lievelingsgerechten zijn. Klassiekers als witloof met hesp en spaghetti bolognese scoorden hoog, dus die heb ik ook opgenomen in mijn boek, naast een heel groot aantal groentebereidingen. Zo is het boek een mix geworden van recepten uit de klassieke Belgische keuken en mijn groentekeuken.
Mijn uitgangspunt was om een hedendaagse versie te maken van Ons Kookboek, dat ik zelf vroeger veel gebruikt heb om traditionele gerechten onder de knie te krijgen. Nu de voedingsdriehoek omgedraaid is, en mensen meer en meer de nadruk leggen op plantaardig eten, was dat boek niet meer up-todate. Tijdens mijn reizen naar Azië en Zuid-Amerika viel het mij op dat die culturen veel meer vegetarische klassiekers in hun keuken hebben dan wij. Het is dringend tijd dat daar verandering in komt. Sinds Graanmarkt 13 elf jaar geleden zijn deuren opende, is mijn keuken enorm geëvolueerd, en ik merk ook dat mijn klanten op zoek zijn naar een veel lichtere en gezondere keuken dan vroeger. De plantaardige keuken is mainstream geworden. Ik krijg zelfs commentaar als ik ervoor kies om toch nog eens een stukje krokant gebakken speenvarken te serveren, ook al gaat het om lokaal geteeld biologisch vlees. Zakenmensen bestellen nu veel vaker de vegetarische lunch, een evolutie die ik alleen maar kan toejuichen. Onze maatschappij is klaar voor gezonde voeding, zolang ze maar lekker is. En de introductie van de Nutri-Score draagt daartoe bij.”
Mag maar moet niet
De toevoeging van de Nutri-Score aan de recepten in zijn boek was een vrijwillig initiatief van chef Seppe Nobels. Het label is voorlopig nog niet verplicht in ons land. Producenten kunnen dus zelf kiezen of ze de score al dan niet op hun verpakkingen aanbrengen. Sommigen stellen zich de vraag of kleine bedrijven daardoor niet benadeeld worden. Zij beschikken namelijk over beperktere budgetten dan grote multinationals, die meer kunnen investeren in technische experimenten en nieuwe verpakkingen. Maar gelukkig is de registratie voor het gebruik van de Nutri-Score gratis, en blijkt het toevoegen van het logo aan een verpakking relatief goedkoop. Consumentenorganisaties zijn wel bezorgd dat enkel fabrikanten van gezonde voedingsmiddelen gemotiveerd zijn om de scores op hun producten te vermelden. Zij pleiten er dan ook voor om de Nutri-Score op termijn te verplichten. Test-Aankoop lanceerde in 2019 een online petitie voor de verplichte invoering van de score in de hele Europese Unie, en er werd een coalitie opgericht van bijna veertig partijen (zowel consumentenorganisaties als fabrikanten, distributeurs en wetenschappers) om binnenkort een verplicht en uniform voedingslabel te lanceren. Onze gezondheid kan er enkel wel bij varen. Wordt ongetwijfeld vervolgd dus!
Een Kookboek, Seppe Nobels, Uitgeverij Lannoo, € 45.
Meer info over de Nutri-Score vind je op de website van de Federale Overheidsdienst van Volksgezondheid.
Door: Ans Vroom
Meer lezen over gezondheid:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier