Getest: dit effect heeft één week extreem eco op je leven

Van zelfgemaakte tandpasta met zeezout tot boterhammen met vegan choco op de trein: onze man leefde een week lang zo eco mogelijk. En dat bleek verdomd moeilijk. “Siri, is rode wijn slecht voor het milieu?”

Vrijdag

16u05: Met uitlaatgassen in de longen en de geur van koeienmest in de neus wandel ik langs een weg in West-Vlaanderen. Nog vijfendertig minuten stappen. Acht graden, ik vervloek het openbaarvervoerbeleid van onze regering en kijk op mijn klok. Al meer dan drie uur onderweg. Nog vierendertig minuten stappen. Ik stap pats bijna in een diepe plas. I just know that something good is going to happen, zingt Kate Bush in mijn oren. Ik zal haar maar geloven. Nog drieëndertig minuten.

We kennen hem of haar allemaal. De collega die in de bedrijfskantine het hoofd schudt als je de chili con carne bestelt, of de vriendin die weigert nog langer met het vliegtuig te reizen: bewust of onbewust krijgen we steeds vaker signalen dat onze bijdrage aan een beter milieu en klimaat groter en drastischer moet. Is je best doen nog wel goed genoeg? Het is een vraag die al meermaals door mijn hoofd spookte tijdens gesprekken over ecologisch leven. Volstaat het dat ik als bewuste twintiger regelmatig vegetarisch (soms zelfs veganistisch) kook, maar daarom vlees nog niet schuw? Dat ik kraantjeswater drink, maar soms ook een petfles frisdrank in huis haal? Of dat ik zo veel mogelijk het openbaar vervoer gebruik, maar niet uitsluitend? En, zo mogelijk nog belangrijker: doet mijn individuele inspanning er wel toe? Een week lang probeerde ik zo ecologisch mogelijk te leven. Dit is het dagboek van een nieuwbakken Eco Warrior.

Het is hier fucking koud, roept een vriendin. Hebben jullie misschien een fleece-deken?

Maandag

Goede wil, maar geen groenten

9u12: Het geeft me nu al een gevoel van morele superioriteit. Daar sta ik dan te pronken met mijn mooiste herbruikbare tas in het groente- en fruitrayon. Ik rol met mijn ogen wanneer ik een oudere man elke paprika in een apart papieren zakje zie steken, terwijl ik zelf de blauwe bakken afspeur naar biologische seizoengroenten. Algauw verandert mijn dedain in een lichte vorm van paniek: op de bioflespompoenen na blijkt elke ecologisch verantwoorde groente verpakt in plastic. Ook de couscous op mijn lijstje.

Zero waste-winkelen kan aanvankelijk lastig zijn, had de Nederlandse Jessie Kroon me gewaarschuwd. Samen met haar zus Nicky bracht ze het boek Het Zero Waste Project uit: “We zijn verslaafd geraakt aan de eenvoud van verpakte producten in de supermarkt,” vertelde ze, “maar we beseften lang niet welke negatieve effecten die plastic verpakkingen hadden op ons milieu. Nog niet zo lang geleden zijn we ons daar als maatschappij bewuster van geworden, en supermarkten zullen op termijn de nodige veranderingen moeten doorvoeren. Voor de klant zal dat in het begin erg wennen zijn, maar je merkt al snel hoeveel verpakkingen je op die manier eigenlijk bespaart.”

Online lees ik dat de meeste verpakkingen rond biogroenten en -fruit biologisch afbreekbaar of gerecycleerd zijn. Niet goed genoeg, denkt de aspirant-ecofreak in mij. Aan de kassa passeer ik zonder boodschappen de man met de paprika’s. Even lijkt het alsof hij met zijn ogen rolt.

9u56: Ik heb hier niet goed over nagedacht. Na een tramrit van ongeveer twintig minuten sta ik in een verpakkingsvrije winkel op een steenworp van de Antwerpse Groenplaats met een tas vol lege tupperwarepotjes. Ik tuur naar de vele noten, granen en plasticvrije biogroenten en besef dat een week lang veganistisch koken misschien de nodige research had verdiend. Het gebeurt wel vaker dat ik in de winkel improviseer welk eten er ’s avonds op tafel komt, maar koken zonder enige zuivel of andere dierlijke producten deed ik tot nog toe heel sporadisch. Mijn weekmenu plannen zal een van de moeilijkste uitdagingen van deze week blijken. Ik besluit wat wintergroenten in te slaan, weeg nauwkeurig mijn potjes af alvorens ze te vullen met risottorijst en veganistische choco, en geef mijn ogen goed de kost. Kruiden, olijfolie, pasta: zowat elke keukenbasic vind je hier terug. Je kunt er zelfs je ketchup komen aanvullen. Voor een dergelijk engagement ben ik nog niet klaar.

12u01: Kokosolie, baking soda en grof zeezout? Meer heeft een mens blijkbaar niet nodig om zijn eigen tandpasta in elkaar te flansen. Of ja, een etherische olie kan het geheel een smaakje geven, vermeldt de uitvoerige uitleg die ik terugvind op een ecoblog. Sinaasappel zou ideaal zijn voor kinderen, lees ik. Of ik die kocht omdat munt dubbel zo duur was? Geen commentaar. Een alternatieve zero waste-manier zijn tandpastatabletjes, tipte Kroon. “Na het kauwen krijg je alsnog een beetje schuim bij het poetsen met water.” Ik verplaats de pasta van de keuken naar de badkamer en besluit het smeersel aan een testrit te onderwerpen.

12u06: Minutenlang proeft het alsof ik een glas noordzeewater ad fundum leegdronk. Zo. Zout. Mijn tandvlees bloedt als een rund. Is het bijna zondag?

18u23: Wanneer een van je beste vriendinnen verslaafd is aan spaghetti bolognese, is het je taak om haar naar de betere adressen mee te nemen. Wanneer het bewuste restaurant zich op 9,3 kilometer van je huis bevindt en je een week lang de auto niet mag gebruiken, is het je taak om de fiets te nemen. Wanneer je er veertig minuten over doet omdat het regent en de wind er plezier in lijkt te scheppen om je af te remmen, is het oké om een traan te laten. Niemand die het verschil opmerkt met de regendruppels die van je kaak sijpelen.

19u04: “Siri, is rode wijn slecht voor het milieu?”, schreeuw ik moe gefietst tegen mijn telefoon. Ze toont me de dichtstbijzijnde cafés. Dit is liefde.

Dinsdag

Thermostaatdictator en tegelwijsheden

8u12: “Heb jij de thermostaat op negentien gezet?” hoor ik mijn lief geërgerd roepen vanuit de woonkamer. “Het is hier veel te koud.” Om de vrede in onze relatie te bewaren verplichtte ik mijn lief niet om mee te doen met mijn ecologisch experiment. Dat hij klaagt dat ik ons energieverbruik probeer terug te dringen, stoot me dan ook lichtjes tegen de borst. Wanneer hij even niet kijkt, draait deze Che Guevara de thermostaat dan ook op achttien graden. Des te pijnlijker wordt het als blijkt dat mijn guerrilla-actie weinig uithaalt, zo leer ik uit een telefoontje met klimaatwetenschapper Wim Thiery. “Je zou je verbruik echt al drastisch moeten terugschroeven en al je huishoudapparaten moeten vervangen”, legt de hoogleraar van de VUB uit. “Het is veel makkelijker en belangrijker om van energieleverancier te veranderen. Op mijngroenestroom.be zie je dat er een vijftal spelers zijn die honderd procent aan hernieuwbare energie leveren. Groene of grijze stroom zal je licht niet anders doen branden of je comfort aantasten, maar voor het klimaat maakt dat wel een enorm verschil. Of anders gezegd: dit is eigenlijk een no-brainer.”

10u19: Met de nodige creativiteit win je ook nog tijd. Het zou zomaar een tegelspreuk kunnen zijn. Ik maak er een missie van om zo weinig mogelijk eten verloren te laten gaan. Restjes pompoen worden omgetoverd tot een groentespread voor bij de lunch of een vergeten citroen of sinaasappel verandert met wat suikerwater en tuinkruiden in een heerlijke homemade limonade. Ik neem het overschotje postelein dat in de koelkast ligt en gooi het met wat olie, knoflook, walnoten en parmezaan in de blender. Deze alternatieve pesto mag dan wel niet vegan zijn, het zou ook zonde geweest zijn om het restje kaas te moeten weggooien.

16u30: Op Facebook krijg ik gepersonaliseerde reclame voor tandenborstels van bamboe. Het voelt als een creepy schouderklopje van Mark Zuckerberg.

19u03: “Het is hier fucking koud.” Niet het lief, maar een vriendin dit keer. Ze komt mee-eten van mijn veganistische ovenschotel met couscous en kijken naar de laatste afleveringen van The Handmaid’s Tale. “Hebben jullie misschien een fleecedeken?” Ik kijk op de thermostaat. Achttien graden. Juist, even uit het oog verloren. Dat kan de beste verzetsstrijders overkomen.

Woensdag

Serviesstress

7u45: Zo. Zout. Memo aan mezelf: tandpastatabletjes kopen.

12u01: Nieuwjaarsreceptie bij een van mijn opdrachtgevers, met een buffet, besteld via Deliveroo. Terwijl de eerste glazen cava in wegwerpbekers worden uitgeschonken, hol ik naar de bedrijfskantine. Ik kom terug met een glas, vork en stenen bord. “Alles is biologisch afbreekbaar hoor”, vertrouwt een collega me toe. Ik besluit toch voet bij stuk te houden en alle veganistische opties. “Godver, zit er koriander op die zalm?”, zucht een van de journalisten die net als ik het kruid niet verdraagt. Dat veganisme blijkt zo slecht nog niet.

Donderdag

Electrique, c’est chique

7u59: Memo aan mezelf: tandpastatabletten zijn eigenlijk ook vies. Na een halve week breek ik en neem ik de tube tandpasta uit het badkamerkastje.

16u12: Een auto heb ik niet. Als het nodig is, kan ik de tweede wagen van mijn ouders lenen, of maak ik gebruik van het Antwerps-Brusselse deelwagensysteem Poppy, waarbij je een (elektrische) auto kunt boeken via je smartphone. Klimaatexpert Wim Thiery noemt de switch naar een elektrische wagen dan ook een van de vijf belangrijkste stappen die je als individu kunt zetten om een beter klimaat te garanderen. “Er zijn vandaag zeer interessante elektrische deelwagens, denk aan Partago. Bij die coöperaties ben je een mede-eigenaar van de auto, maar wordt hij gepoetst en onderhouden door de organisatie. Je hoeft niet meer naar de garage en hoeft je ook geen zorgen te maken over verzekeringen en belastingen.” Voor een bezoekje aan mijn ouders kan ik daardoor met een gerust hart voor de elektrische wagen kiezen. Mijn steentje bijdragen was nog nooit zo eenvoudig.

Na een trein- en busrit van meer dan twee uur stap ik uit in Gistel. Nog zeventig minuten stappen

Vrijdag

Met de trein zou je er nog niet zijn

13u12: De dag waar ik het meest tegen opzag. Niet omdat ik vanavond op restaurant moet met mijn ouders en schoonouders, wel omdat het restaurant in West-Vlaanderen ligt. En omdat ik met het openbaar vervoer moet. Begrijp me niet verkeerd: ik ben niet tegen de trein of bus. Als ik op de redactie moet zijn, neem ik altijd de trein en bijna elke dag maak ik gebruik van tram of bus. Het probleem is dat er geen bus rijdt tot aan het restaurant. De dichtstbijzijnde halte bevindt zich op een uur en tien minuten stappen. Normaal gezien wacht mijn schoonmoeder ons op aan het station van Oostende, maar dat staat het experiment ditmaal helaas niet toe.

15u30: Na een trein- en busrit van meer dan twee uur stap ik uit in het weinig glamoureuze Gistel. Ik pleur mijn hoofdtelefoon op en zet een album op van Kate Bush. Nog zeventig minuten stappen.

19u27: Een uitgebreide wandeling later lopen we het restaurant binnen. Ik vraag mijn schoonmoeder of zij de busverbinding, of liever het gebrek eraan, niet vervelend vindt. “Wij zijn dat zo gewend”, antwoordt ze. “Hier heeft iedereen gewoon twee wagens.” Omdat Siri nog steeds liever horeca dan informatie tipt, bestellen we een fles rode wijn. Op de kaart merk ik dat vegetarische opties ontbreken. Laat staan veganistische. Ik loop de keuken van het restaurant binnen en vraag de chef of hij vegan alternatieven heeft. Disclaimer: het restaurant is van mijn schoonbroer. Verwijt ons, ecologisten, nu geen gebrek aan manieren, alstublieft. Hij vertelt dat hij zondag een koppel veganisten ontvangt, maar er nog niet uit is hoe hij dat gaat aanpakken. Uit mijn gesprek met professor Thiery herinner ik me dat je als consument de grootste klimaatwinst genereert door rundvlees uit je dieet te schrappen. Bijkomende reducties als vegetarisme of veganisme vergroten de impact uiteraard nog, maar de extra winst is opmerkelijk kleiner. Omdat de vis vers van de vismijn uit Oostende komt, op zo’n halfuur rijden van het restaurant, besluit ik een oogje dicht te knijpen.

23u58: Overnachten bij mijn schoonouders. En de tandpastatabletjes thuis vergeten vanmorgen. Hoe spijtig...

Zaterdag

Soep & carpool

11u22: Terug naar huis, carpoolend met mijn ouders. De lege plaats was er toch. In zekere zin zou het slechter geweest zijn voor het milieu als ik niet meereed, toch?

16u54: Ik bedenk me nu pas dat soep ook vegan is. Dit had mijn week zoveel gemakkelijker gemaakt.

16u55: “We eten vanavond soep.”

Zondag

Minder tandpasta, meer Greta

14u44: “Door zero waste te consumeren koop je automatisch andere producten”, weergalmt het telefoontje met Jessie Kroon in mijn hoofd. Ik staar naar de biospruiten die ik maandag kocht voor een veganistische risotto. Gekookte rijst in bouillon dus. Ik heb al heel wat minder zin om dat te koken dan in het begin van de week. “Het is beter dat je een aantal haalbare dingen kiest, dan na een extreme week al op te geven”, had ze me gewaarschuwd. “Bovendien”, nuanceerde professor Thiery, “zal je eigen afdruk naar nul proberen te brengen alleen effect hebben op jezelf. Als je een grotere impact wilt verwezenlijken, is het belangrijkste wat je kunt doen je politici aanspreken en ze vragen een ambitieuzer beleid te voeren. Maak hen duidelijk wat je belangrijk vindt: een nieuw treinstation, subsidies voor elektrische wagens of het plaatsen van windmolens. Dat zijn stuk voor stuk belangrijke veranderingen die een grote impact maken.”

Al blijft elke kleine stap natuurlijk wel een gezette stap. Ik neem me voor in de toekomst regelmatiger veganistisch te koken en vaker naar de verpakkingsvrije winkel te gaan, ook al moet ik daar misschien wat verder voor reizen. Volgende week verander ik van elektriciteitsleverancier, neem ik me voor. Maar dat het onmogelijk is, of op zijn minst uitermate vermoeiend, om altijd met alles rekening te houden, is deze week ook gebleken.

20u02: The final countdown. Mijn zus en twee vrienden komen een gezelschapsspel spelen. De persoon die de meeste bonen plant, wint, zo dicteren de regels. Mijn vrienden hebben een flesje bij zich om te klinken op het weerzien. Er rest me nu nog slechts één vraag: “Siri, is glühwein slecht voor het milieu?”

 

Meer eco-verantwoord

Door: Jorik Leemans
Beeld: © Burp

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content

Gesponsorde content