Michiel Vos: “Onder Trump lijkt Amerika op ‘The Hunger Games’; jij en ik tegen elkaar, tegen iedereen die anders is”

Annelore De Donder

In zijn onlangs verschenen boek Vos in de VS, lees je over het 21ste-eeuwse Amerika van Michiel Vos: geëmigreerde Nederlander, schoonzoon van Nancy Pelosi en eloquent observator. Te beginnen bij Bush en te eindigen bij Harris. Of wordt het op 5 november toch Trump?

Een grote Amerikaanse vlag ligt over de zetel van Michiel Vos’ Amsterdamse huurappartement gedrapeerd. “Die heb ik mee om mezelf aan mijn liefde voor het land te herinneren tijdens mijn lezingenreeks.” Het zijn er veel. “Iedereen wil weten hoe gek Donald Trump precies aan het worden is. En of hij straks de verkiezingen wint.” Die vragen sparen we voor het einde. In afwachting wandelen we – hij rijzig, met fiets aan de hand, hoe Hollands – naar het chique grand hôtel De L’Europe. Geen beter kader voor een gesprek over het verschil – en hoe het te overbruggen – tussen het oude continent en de Nieuwe Wereld. Zijn nieuwe wereld.

Kaas, melk en Michiel

Uiterlijk pas je perfect in dit Amsterdamse plaatje, maar hoe Hollands ben je nog?

Michiel Vos: “Ik blijf Amerikaan, want ik word in Nederland en België gevraagd om met die blik naar Amerika te kijken. Ik wil liever niet de correspondent zijn die tijdelijk in de States zit; ik ben de Amerikaanse vader van twee, getrouwd met een Amerikaanse, leef er al twintig jaar lang.”

Je Amerikaanse vrouw, dat is Alexandra Pelosi, dochter van voormalig voorzitter van het Huis van Afgevaardigden Nancy Pelosi. Heeft zij je boek gelezen?

Vos: “Nee, en dat houden we ook zo. Ze weet natuurlijk wel wat erin staat, ik heb veel dingen met haar besproken, maar al lachend zegt ze: vertaal het maar niet.”

En je schoonmoeder?

Vos: “Die heb ik het zéker niet laten lezen. Dan moest ik er met een rode pen doorheen, laat maar. In het Nederlands had ik de vrijheid om wat meer grappen te maken, haar – of bij uitbreiding Amerika – wat voor schut te zetten.”

En zij vertrouwde het zaakje?

Vos: “Ze heeft geen idee. (lacht) Als het erop aankomt, zou ze zeggen: ‘You’re in a different business than I am. I’m in politics, you’re in entertainment’. Ik heb geprobeerd om haar zo veel mogelijk op de achtergrond te houden, maar soms was het ook geestig om haar in een scène te schrijven: ‘Meheel, Brad Pitt is coming to my office for a meeting, perhaps you want to meet him?’. Ze wist dat de man in Amsterdam had gewoond. Waarop ik, ambassadeur van anything Dutch, vriendelijk gevraagd word om naar het Capitool te trekken, to grease the wheels. ‘Angelina loved it, mannen in pakken op fietsen’.”

‘Mijn advies aan Harris zou zijn: don’t mention the war. Hoe minder ze over Gaza zegt, hoe beter’

Je hebt behalve Brad Pitt nog wel meer groten der aarde ontmoet: van Harvey Weinstein over James Gandolfini tot Emmanuel Macron en Volodymyr Zelensky. Wie heeft het meeste indruk op je gemaakt?

Vos: “De ontmoeting met George Clooney bij de première van zijn film The Ides of March zal ik niet licht vergeten. Hij zei toen: ‘American politics is fucking dark’. Een Hollywood liberal die zoiets stelt, dat was heel veelzeggend. Vanaf dan begon het langzaam te kantelen; ondanks zijn fantastische campagne kwam Obama niet helemaal uit de verf, en Trump leek zijn vinger op de wonde te kunnen leggen. Dat moment zat precies op de helft van mijn tijd als Amerikaan.”

Er zijn maar weinig Amerikanen wiens schoonmoeder hen tot bij Brad Pitt of George Clooney brengt.

Vos: “Ik ben deel van haar gevolg. ‘This is my son in law, he’s from Europe. Look, he’s real’.” (lacht)

Zien je tienerzonen je ook zo? Of heb je hen toch ook met Europese normen en waarden opgevoed?

Vos: “Nee, dat heb ik een beetje opgegeven. Ze zeggen weleens half smalend: ‘Dad, you’re an immigrant, you don’t understand’. Het is heel Amerikaans: je hoort niet zomaar Europeaan te blijven. Amerika eist bijna dat je je heruitvindt als Amerikaan. Annelore, dat zou Hannah worden, bijvoorbeeld.”

Maar jij bent nog steeds Michiel, ‘Meheel’ zo je wil.

Vos: “Eigenlijk had ik Michael moeten zijn, maar dat wilde ik niet, dat ben ik niet. Mijn zoons zijn overigens blij dat ze Vos heten, en niet Pelosi. Ze noemen elkaar ook zo. Mijn vrouw noemt me ook nooit meer Michiel, ook zij zegt ‘Vos’ – voor omstanders klinkt het als ‘boss’, wat ze niet nalaat te corrigeren.” (lacht)

Er zit heel veel VS in Vos en nog weinig Nederland.

Vos: “Het eten van kaas, het drinken van melk en het heten van Michiel is gebleven. De rest is allemaal verdwenen.”

What the fuck?!

Aan de zijde van Michiel Vos voel je een leven aan upperclassetiquette onmiskenbaar doorschemeren. Hij laat voor wie voor te laten valt, tast voorzichtig maar gedecideerd af wat er besteld zal worden – een bordje saucisson voor zichzelf – en stuurt het gesprek meanderend richting vermakelijk. Al blijft het een Amerikaanse lunch, die héb je niet maar dóe je; er is een reden: zijn boek en inside-information verkopen. “Niet langer als neutrale correspondent – dat wil en kan ik niet meer zijn –, maar als eerstelijnsobservator.”

Europeanen zouden het opportunisme durven noemen, jij beschrijft het als praktisch: voor Amerikanen moet alles een functie hebben. Welke meerwaarde had een nobele onbekende uit Maastricht voor de machtige familie Pelosi?

Vos: “Nul! Sterker: de eerste keer dat ik in New York toekwam, droeg ik een rugzak. ‘That almost killed the deal’, zei Alexandra daarover. (lacht) Ik had wél de exotische eigenschap te bieden dat ik uit Europa kwam. Uit old Europe dan nog. Amerikanen denken dan al gauw – heel clichématig – dat je een Rembrandt aan de muur hebt hangen.”

Nog een Amerika-les uit je boek: ‘Om te winnen in dit land, you need to know how to game the system’. Je zonen moeten niet per se hard studeren, maar vooral de relatie met de leerkracht optimaal houden, leerde je vrouw hen. Sta jij intussen ook netwerkend in het leven?

Vos: “Nou, ik heb het niet zo nodig, heb mijn plek wel gevonden. Maar ik heb het er wel over met mijn gezin. Anderzijds: als zij in Nederland komen, kijken ze op hun beurt hun ogen uit: dan verbazen ze zich erover dat er amper politie te zien is, of dat het zo smooth rijden is op de autoweg. Zij vinden Nederland net zo gek als wij Amerika.”

Kijken Amerikanen op dit moment toch ook niet met een zeker what the fuck-gehalte naar hun eigen land?

Vos: “Ja, we’re in ‘fuck city’. De republikeinen zeggen: het is een puinhoop. En de democraten zeggen: jullie zijn helemaal gek geworden. Maar niemand vindt dat we goed bezig zijn. De helft van de Amerikanen voelt enige opluchting met de komst van Kamala Harris, maar ze zijn effectief bezorgd. Het woord ‘burgeroorlog’ valt weleens; iedereen is bewapend, politici zeggen hele gekke dingen – Donald Trump is een heel extreme man. Hij zet Amerika neer als een derdewereldland, ‘a failed nation’, waar je opgelicht wordt. Mensen zijn boos en bitter, woedend op de elite. Ze zullen makkelijk aan te zetten zijn tot oproer.”

Is zijn achterban vergeten dat Trump zelf meerdere malen veroordeeld werd, net omwille van – onder andere – oplichterij?

Vos: “Zijn achterban, ‘de kudde’, heeft geen macht, maar hij wel; he’s nasty and they like it. Hij is een asshole, maar wel hun asshole. Trump is zo anders dan zij en dat vinden ze net fantastisch, met zijn miljarden en zijn buitenlandse model-vrouw en zijn kasteel aan de golfbaan.”

Michiel Vos

Sharkfest

Kun je hen beter begrijpen omdat jij vanop de eerste rij ook ziet hoe de elite zichzelf in stand houdt?

Vos: “Het Trumpiaanse wereldbeeld is een sharkfest: eat or be eaten. Ik ben niet zoals die mensen; ik woon dan ook in Manhattan, draag witte gympen, ben redelijk geprivilegieerd – niet over the top, maar toch; mijn kinderen gaan naar een privéschool. Ik begrijp dat veel mensen boos en verbitterd zijn. En Trump spreekt die silent majority aan die zich overgeslagen voelt. Amerika is een hard land, met winnaars en verliezers. De ‘verliezers’ zijn het zat, hebben een zondebok nodig, die Trump voor hen aanwijst: buitenlanders, grote bedrijven, banken, politici, China, Europa… Iedereen die eropuit is om je te ‘naaien’ – om zijn woordenschat te gebruiken. Er is angst voor de toekomst; zullen we nog de grootste zijn? Je moet je dat voorstellen: jij en ik zijn afkomstig uit een heel klein land, Amerikanen daarentegenvinden zichzelf de beste – mijn zonen ook. Amerika is altijd number one. Als je mijn telefoonnummer toetst, bel je +1, niet +32. Dat zit ingebakken. En als dat gaat wankelen, worden ze heel nerveus.”

En wordt er gevochten. Zelfs toen het bloed van zijn oor liep nadat een kogel het had doorboord, riep Trump nog: ‘Fight!’.

Vos: “Het zit in hem. Na het debat met Harris zei hij ook meteen dat het drie – Harris en de twee moderatoren – tegen één was geweest. Het is zijn instinct, die vechtlust.”

Op een manier intrigeert hij je wel, schreef je.

Vos: “Omdat hij zo Amerikaans is als sliced bread. En ik wil héél Amerika omarmen; Amerikaan ben je of helemaal, of niet. Wat ik mis omdat ik er niet ben geboren, probeer ik te compenseren met het bijwonen van Trump-rally’s; ik wil de Trump-adepten begrijpen. En het contrast is enorm: je stapt er echt een andere wereld binnen.”

Is het überhaupt mogelijk om Amerika als één land te leiden?

Vos: “Niet meer. Ik denk dat de kloof – financieel, economisch, maar ook qua opleidingsniveau – niet meer te overbruggen valt. Reagan moet een van de laatste presidenten geweest zijn die dat kon, als een gematigde republikein.”

Michiel Vos

Brood en spelen

Het brood dat hij heeft nabesteld wegens toch iets té worstig, dat bordje saucisson, verdeelt Vos galant over onze beider borden. Het wordt ons brood. De ‘we’ die Vos in de mond neemt, zal tijdens dit gesprek overigens nu eens op het gedeelde ‘wij, Europeanen’ slaan, maar evengoed op ‘wij, Amerikanen’ – hangt af van de smaak en de context.

‘Leven in het hart van de Amerikaanse democratie’ is de ondertitel van je boek. Hoe democratisch is Amerika?

Vos: “Ik vind het heel democratisch, omdat het brood en spelen is; heel rauw, ze vechten voor elke taartpunt. Het doet me weleens denken aan Russell Crowe die in Gladiator, nadat hij zojuist wat medegladiatoren in tweeën heeft gekliefd, vanuit het Colosseum schreeuwt: ‘Are you not entertained?!’ Dát is Amerika, het land waar voor alles wordt gevochten, en waar alles en iedereen wordt verkozen, van district attorneys over burgemeesters, tot het staatshoofd zelf.”

Je zou kunnen stellen dat het ‘winner takes all’-systeem bij de verkiezing van het Electoral College – dat de president kiest – niet echt een proportioneel correcte uitslag oplevert.

Vos: “Ja, dat klopt. Het is niet per se de democratie die ik zou hebben gekozen, maar ik vind het interessant om een land te zien worstelen met dat directe. Het gebeurt allemaal heel mechanisch, het gaat over volume. Elke dag wordt gecommuniceerd hoeveel geld Harris ophaalt – driehonderd miljoen dollar in augustus alleen –, hoeveel Trump ophaalt. Dat zijn enorme getallen.”

‘Enkel het eten van kaas, het drinken van melk en het heten van Michiel is Nederlands gebleven’

It’s all about the money?

Vos: “Ik heb nooit anders gemerkt dan dat Amerikanen alles doen door een trechter van geld. Als je een nieuwe kandidaat bent, en ik ben jouw partijleider, dan zal mijn eerste vraag zijn: ‘Are you going to raise some money?’, nog voor er inhoud of beleid aan te pas komt. En terecht dat je kritisch bent; het vet druipt van het land af. Het is decadent in z’n overdaad en celebritycultuur. Maar dat is ook het mooie aan die Amerikaanse democratie. Je hebt het tranendal met Trump, en dan komt daar ineens Kamala Harris met haar politics of joy. En een maand later springt Taylor Swift op de kar; die vernieuwing vind ik knap.”

Menig Europeaan zou denken: ‘Zet die plaat af’.

Vos: “Bij ons is de verkiezingsstrijd gewoon heel saai.Amerikanen gaan naar Trump-rally’s om geëntertaind te worden. They know he’s a little wacky, but they love ‘m.”

Harris lijkt minder Hollywoodiaans.

Vos: “Ja, al is ze wel van de ‘vibes’; ze wil positiviteit uitstralen. Ze is 59, van kleur, heeft jongeren achter zich, is ‘memeable’ en ‘brat’ (zo werd ze omschreven door de Britse singer-songwriter Charli XCX, ‘lekker onvolmaakt’, red.). En ze neemt het op tegen een oude witte man, die in zo’n debat staat te tieren over honden en katten die worden opgegeten. Hij zit in zijn eigen werkelijkheid; hij is marinated, pickled. Harris doet het evenwel anders dan Biden: ze wordt niet boos op Trump, maar zet hem op een schalkse manier weg als simpelweg gek. Haar speeches duren hooguit 25 minuten en dan is het klaar, ze gaan niet in de diepte, maar draaien om gevoel. Ik denk dat Harris serieuzer zal worden, mocht ze president worden.”

Mocht ze president worden…

Vos: “Voor mijn vrouw is het duidelijk: Harris móet dit ding gewoon winnen. Het maakt haar ook geen bal uit of ze een goeie president wordt of niet – wat ik me overigens afvraag. En ik denk dat heel wat Amerikanen er ook zo over denken; let’s fucking win this thing.”

‘Als het maar niet Trump wordt’, dat idee?

Vos: “Biden had lang niet door dat het niet om hem ging. Toen hij dat wel doorhad, heeft hij die stap opzij gezet – met een zetje van mijn schoonmoeder.”

Michiel Vos

Tussen Swift en de Palestijnen

Taylor Swift die haar endorsement heeft uitgesproken, hoe hard speelt dat in Harris’ voordeel?

Vos: “We willen in België en Nederland graag geloven dat iemand als Taylor Swift geen impact heeft. Maar dat heeft ze vandaag wel degelijk. Wij Europeanen staan daar heus niet boven. Ik denk dat Amerika ons laat zien hoe we op ons platst zijn; als we thuis in onze onderbroek op de bank zitten, kijkend naar Te Land, Ter Zee en in de Lucht. We horen elkaar liever citeren uit Victor Hugo of Dostojevski, maar laten we eerlijk zijn: dat gebeurt niet vaak, en stiekem is Te Land toch leuk. Dát is het ontwapenende van Amerika; slecht voor je tanden, maar wel een lekker snoepje.”

Over ontwapenend gesproken: de Amerikaanse steun aan Israël, kan dat Harris stemmen kosten?

Vos: “Ik denk dat ze net genoeg empathie heeft getoond richting de Palestijnse zaak dat ze er tot de verkiezingen mee wegkomt. Het is natuurlijk een heikel onderwerp. Hoe minder ze erover zegt, hoe beter. De kalender heeft wat dat betreft ook heel erg in haar voordeel gespeeld; als we dit discours twee jaar lang hadden gehoord, had ze het niet gehaald.”

De ober onderbreekt, de glazen water worden bijgevuld. Er gaan wat koetjes en kalfjes heen en weer – saved by the bubbles, lijkt Vos te denken. “Waar waren we?”

In Gaza.

Vos: “Ja, juist. Ik had gehoopt dat je daaraan voorbij zou gaan. Kijk, Israël is voor Amerikanen binnenlandse politiek. Zij vinden dat je de bescherming van Israël niet aan Europa kunt overlaten, dat heeft het verleden wel uitgewezen. En dus nemen zij die taak op zich – Amerika als land van de doeners. We geven vijf miljard per jaar, zonder vragen – we hebben zowat de iron dome gebouwd (een afweersysteem bedoeld om de Israëlische burgers tegen raketaanvallen vanuit naburige gebieden te beschermen, red.). Het lullige is natuurlijk dat Netanyahu niet terugbelt als wij bellen. Als je vijf miljard geeft, mag je dat nochtans wel verwachten.”

‘Trumps achterban heeft geen macht, maar hij wel; he’s nasty and they like it. Hij is een asshole, maar wel hun asshole’

Komt daar kritiek op?

Vos: “Die is mild in vergelijking met die van Europa. En Harris kan zich daar niet aan verbranden. Mijn advies aan haar zou zijn: ‘Don’t mention the war’. Hoe minder ze over Gaza zegt, hoe beter. En als iemand er toch over begint, dan geldt de ‘two-state solution’ als het go to-antwoord (een voorstel om het Israëlisch-Palestijns conflict te beëindigen door twee onafhankelijke staten op te richten op het grondgebied van het voormalige mandaatgebied Palestina, red.). Ik woon in New York, een Joodse stad, waar je overal Jiddisch om je heen hoort – zo was het ooit in Amsterdam of Antwerpen. Onze zoon Thomas heeft alleen maar Joodse vrienden; in de privéscholen zijn alle meisjes en jongens Joods. Het is er helemaal anders.”

Wint ze straks? Vos: “Ik heb echt geen idee.”

Stel dat het toch Trump wordt, blijven jullie dan in Amerika?

Vos: “Onder Trump lijkt Amerika op The Hunger Games; jij en ik tegen elkaar, tegen iedereen die anders is. Dat gevoel is gewoon heel afmattend, en veel mensen zijn daar klaar mee. Ik ben er zelf ook klaar mee; als hij nog eens vier jaar komt schreeuwen en aanvallen, zou ik best even een break willen. Of dat in Amsterdam wordt, zien we nog wel.”

En als het Harris wordt: heb je al voorzorgen genomen voor mocht dat opnieuw tot rellen leiden?

Vos: “Nee, ik ben niet bang. Uiteindelijk is het nooit zo kwaad als het lijkt. Ik blijf ook hoopvol: het land vindt zichzelf heel snel opnieuw uit. It bounces back real quick. Anders dan in Europa wordt het oude weggehaald en het nieuwe direct in de plaats gezet. Joe who? Dat is het oppervlakkige, het harde van het land, maar ook de kracht.”

Michiel Vos (53)

• Geboren in Groningen, groeide op in Maastricht.
• Studeerde rechten in Amsterdam, werd journalist.
• Is in 2005 getrouwd met journalist, documentaire-maker en schrijver Alexandra Pelosi, dochter van Nancy Pelosi. Ze hebben twee zonen: Paul (17) en Thomas (16), en wonen in New York.
• Is sinds 2004 regelmatig te gast als Amerika-duider op radio (o.a. Nieuwe Feiten) en tv (o.a. De Afspraak en De Tafel van Gert).
• Bracht live verslag uit van de bestorming van het Capitool in 2021, terwijl zijn echtgenote, zoon en schoonmoeder vastzaten in het gebouw.
• Maakte verschillende docuseries over Amerika.
• Schreef The 500 Hidden Secrets of New York (2018) en de bestseller Vos in de VS (2024).

Meer lezen

Beeld: LALO + EVA

Partner Content

Gesponsorde content