Vrouw met Feeling: de favorieten van Inès van den Kieboom
Ze hebben voeling met de wereld, met wie ze zijn en wat ze willen. Elke maand laten we een Feeling-vrouw aan het woord over precies dat. Deze keer: kunstenaar Inès van den Kieboom (94), wier dagelijkse schilderwerk haar jong houdt.
Wat me nu bezighoudt: Ik schilder elke dag; ik heb hier alweer zestig nieuwe schilderijen staan. (Wijst naar een portret) Ik had een foto van operazangers Emma Pennell zien passeren. Die wilde ik schilderen.
Nieuws dat me heeft aangegrepen: Ik kijk elke dag naar het middagjournaal en al wat ik dan zie, grijpt me aan, maakt me kwaad. Ik ben bang voor de situatie in het Midden-Oosten. Als het zo voortgaat, komt er een wereldoorlog, hé. Al dat leed, en de mensheid die dat toelaat. Wie gaat dat stoppen?
‘Je kunt niet blijven zwelgen in die droefenis, het leven is nu’
Mooiste cadeau ooit: Ik liep ooit met mijn man en kleinzoon, toen drie, op Sint-Anneke. Ineens rukte Banneman (haar kleinzoon, Esteban, red.) zich uit mijn hand los, om een paardenbloem voor mij te plukken: ‘Voor jou, Baba’. Dat is het mooiste cadeau: de liefde van mijn kinderen en kleinkinderen.
Films/series die ik geweldig vond: Behalve Het Uur van de Wolf (Nederlands cultureel documentaireprogramma, red.) vind ik weinig de moeite waard. Ik neem alles op van vroeger; Engelse series als Miss Marple en Midsomer Murders. Een film die in mijn lijf is gekropen, is Soleil trompeur (een Russische film uit 1994, red.); geweldig geregisseerd, prachtige muziek.
Favoriete acteur/actrice: Juliet Stevenson in Truly Madly Deeply (Britse film uit 1990, red.). Daarin speelt ze een vrouw met onpeilbaar verdriet om haar overleden man. In één scène wordt ze kwaad; op hem omdat hij gestorven is, haar achtergelaten heeft. Ze weent, het snot loopt uit haar neus. Dat gevoel, dat ik goed herken, zó kunnen oproepen; dát is acteren.
Onvergetelijke muziek: Er was een moeilijke periode dat het minder goed ging tussen mijn man en mij; ik zorgde voor mijn zieke dochter, mijn 90-jarige moeder... Op een van de cassettes die hij soms in het handschoenvakje van mijn auto als verrassing verstopte, had hij ‘It Never Was You’ van Kurt Weill door Kiri Te Kanawa opgenomen. Een liefdesverklaring: met dat lied liet hij mij verstaan dat hij terug naar mij zocht, dat al de rest ‘niet ik’ was.
Zonder dit kan ik niet: Mocht ik iéts meenemen naar een onbewoond eiland, dan de ‘Four Last Songs’ van Richard Strauss. Ik houd van de stilte, maar zonder muziek kan ik niet. Als ik buiten ben geweest en me goed voel, dan durf ik Rod Stewart te draaien.
Een onvergetelijke plek: Onze eerste rendez-vous; we staan geparkeerd aan het kanaal bij Oostende en zitten te babbelen. Het is wat duister en mistig, er staan hoge bomen en er is een hond die blaft in de verte. Dat mysterieus licht; zo’n schone atmosfeer.
Wat me aan het lachen brengt: Ik ben niet zo’n lacher; het kan gebeuren dat mensen rondom mij staan te schateren, en dat ik er onbewogen bij blijf. Ik houd van droge, Engelse humor. Geen moppen, zegt me niets, maar ad remme, welgemikte opmerkingen. Mijn man kon dat; hij was heel gevat.
Bekende gasten op mijn droomdiner: Ik heb zo veel diners georganiseerd voor vrienden en familie, met tafels vol eten dat ik zelf maakte. Vanaf m’n zeventigste ben ik verjaardagsfeesten beginnen geven. Daar waren geen BV’s of tafelspringers, maar elke genodigde op zich was interessant.
Het moeilijkste aan de liefde: Elkaar de waarheid zeggen als ze kwetst. Ik heb me te veel ingehouden om de lieve vrede te bewaren.
De laatste keer dat ik gehuild heb: Ik krijg nogal makkelijk tranen in de ogen als ik naar tv kijk. Huilen van verdriet moet geleden zijn van bij het overlijden van mijn dochter. Fiona heeft na een jarenlange strijd tegen kanker euthanasie gepleegd in 2008; ze is exact een jaar na mijn man overleden. Maar je kunt niet blijven zwelgen in die droefenis; het leven is nu.
Beste opvoedingstip: Ik heb altijd duidelijk grenzen getrokken: tot hier en niet verder. En als ze de regels schonden, werden mijn kinderen niet gestraft, op voorwaarde dat ze de waarheid vertelden. Ze hebben zelf mogen kiezen welk pad ze zouden bewandelen. En ze zijn verwend met liefde. Het heeft gewerkt; ik heb schatten van kinderen, ze zien mij graag en ik zie ze veel.
Favoriete modeontwerper: Ik heb nogal veel van Chanel en Yves Saint Laurent, en ik heb ook een paar stuks van Armani en Sonia Rykiel.
Favoriete kledij: Ik draag het liefst donker; een zwarte lange broek met een langere, rechte vest in het grijs, blauw, beige of zwart. Bij mij primeert eenvoud, weliswaar van goeie kwaliteit. Parels aan mijn oren en rond mijn hals, en broches als er revers zijn.
Favoriete shops: Ik ga geen kleren meer kopen. Deze ribfluwelen broek heb ik voor 20 euro gekocht bij iemand die hier in het woonzorgcentrum kleren komt showen.
Stijlicoon: Ik heb van jongs af mijn eigen stijl gehad – mijn moeder noemde het ‘sport habillée’ –, daar kreeg ik altijd complimenten over. Ik zou niet weten naar wie ik moet kijken, ik heb de mode nooit gevolgd.
Favoriete beautyproducten: Ik kom al in geen twintig jaar meer met zeep aan mijn gezicht; dat droogt mijn tere vel uit. Ik gebruik in de plaats een komkommermelk van de Hema en een kleurloze dagcrème van Vichy. Mijn ogen zet ik aan met een donker oogpotlood, ook van de Hema. Voor mijn lippen mag het wat meer zijn: Dior, Chanel of Clinique. Mijn parfum is ‘Eau du Soir’ van Sisley.
Hoe ik fit blijf: Tot voor mijn gezondheid een slag heeft gekregen, deed ik elke dag vijftien toeren rond de tuin. Nu zijn het er nog twee, mijn hart is op. Het schilderen en de kinderen houden mij in beweging. Ik moet altijd iets doen – kruiswoordraadsels invullen of borduren –, anders begin ik te dagdromen en val ik voor een uur in slaap.
Must-follow op Instagram: Ik heb van de bank een tablet moeten aanschaffen om mijn rekeningen te kunnen nakijken en daar hebben ze mij ook een Facebookprofiel aangemaakt. Voor ik naar bed ga, check ik mijn mails, en soms dus Facebook. En dan ben ik een halfuur later zo kwaad op mezelf, dat ik zoveel tijd ben kwijtgespeeld. Want dat kreng weet dus waarin ik geïnteresseerd ben; opera, ballet, kinderen, dieren, kunst, muziek… Als je daar geen paal en perk aan stelt, wordt het een verslaving.
Favoriet geluid: Ik ben zo blij als ik een zeldzame keer een merel hoor.
Mijn grootste vergissing: Dat ik iemand met wie ik in conflict lag de uitgestoken hand heb geweigerd.
Mijn grootste angst: Spinnen. Laatst liep er een harige over mijn dekbed terwijl ik tv aan het kijken was, bah.
Favoriet restaurant: Ik ben vaak mee met mijn man naar Londen geweest voor zijn werk. Daar heb ik heerlijk gegeten. Ik kon soms als dessert nog zes oesters op. Hier in Berchem kan ik Il Carpaccio aanraden – we gaan er pizza’s halen met de kinderen. Ik weiger 300 euro te betalen voor ‘liflafjes’.
Dagelijkse kost: Alles begint met ajuin. Neem nu boontjes; je bakt eerst flinke stukken ajuin in goeie boter, de boontjes erbij, een snuifje peper en zout. Zó proef je ze zoals het hoort.
Boek dat mij is bijgebleven: Ik heb altijd enorm veel gelezen. Willem Elsschot en Jeroen Brouwers waren van mijn favorieten. Maar er is één boek dat ik weiger te herlezen, omdat ik bang ben dat het mij niet meer zo zal pakken: Abel Gholaerts van Louis Paul Boon (uit 1944, red.). Ik heb Boon toen een dankbrief geschreven, waarop hij heeft geantwoord ook. (toont het boek met het briefje van Boon uit 1973 erin)
Guilty pleasure: (krijgt pretoogjes) Ik ben ergens in de jaren 90 al zappend op Sturm der Liebe gestoten, en daar kijk ik sindsdien nog elke dag naar. Mijn dochter lacht mij ermee uit. Zoiets ergerlijk stoms voor een intelligent mens als ik. (lacht)
Mijn meest romantische daad: Ik ben een attent persoon. Ik ben ooit een zak oliebollen gaan brengen naar het juwelenwinkeltje in Oostende waar mijn zus en ik regelmatig langsgingen.
Gedroomd kunstwerk: In Mu.ZEE ben ik stil geworden van een werk van Joseph Willaert; ik wilde dat ik het geschilderd had. Zo eenvoudig: twee bomen en een prikkeldraad.
Beste aankoop voor mijn huis: Ik ben geen gadgettier. Ik heb 27 verschillende adressen gehad, verhuizen deed ik graag. Telkens die nieuwe sfeer en stijl. Van boerenmeubeltjes over antiek à la Rubens tot Marokkaanse krukjes, van Delfts blauw tot Bauhaus. (Wijst naar de tafel) Naar het graf van mijn moeder ga ik niet, maar dat is haar tafelkleed; zo leeft ze nog bij mij.
Slechte gewoonte waar ik vanaf wil: Te veel babbelen? En het kruim uit mijn pistolets halen.
Wat ik doe voor de planeet: Ik eet geen vlees, ik ben als Oostendse grootgebracht met vis. De ecologische voordelen zijn meegenomen, maar eigenlijk zijn het de grootmachten die veranderingen zouden moeten doorvoeren. En dat doen ze niet, want: money, money...
Grootste verwezenlijking: Dat de mensen op mijn begrafenis warme dingen over mij zullen kunnen zeggen. Ik heb vriendschap en liefde gegeven, heb altijd geprobeerd om fair te zijn, heb me nooit opgedrongen, en heb altijd rekening gehouden met anderen.
De ultieme verwennerij: Ik ben heel weinig bezig met mezelf. Ik heb één keer een gezichtsbehandeling en een massage gekregen, dat zou ik nog wel eens willen.
Alternatieve carrière: Als ik niet deed wat ik doe, zou ik schrijven. Ik ben er al vaak mee begonnen – je kunt m’n slaapkamer niet binnen van de schrijfsels –, maar ik heb het geduld er niet voor om dan door te zetten. Mijn geest is altijd sneller dan mijn pen.
Hoe we de wereld beter kunnen maken: Met meer verdraagzaamheid en minder machtswellust.
Wie is Inès (94)?
• Geboren in 1930 in Oostende, woont en werkt in een assistentieflat in Antwerpen.
• Was getrouwd met beeldhouwer Guy Maclot en is hertrouwd met Paul Goris (+2007). Heeft twee dochters: Petra en Fiona Maclot (+2008), een stiefzoon, drie kleinkinderen en twee achterkleinkinderen.
• Is de tante van Arno Hintjens.
• Schildert al sinds 1960 en brak in 2023, op haar 92ste, door met haar solo-expo ‘Le Temps des Cerises’ bij Tim Van Laere Gallery. Ze wordt door hen vertegenwoordigd.