Celebs

Nona Van Braeckel, onze ideale minister van Jeugd: “Mijn eerste maatregel zou er een zijn die onze jeugd beter online begeleidt”

Feeling Redactie

28 mei 2024

Straks gaan we met z’n allen stemmen. Op wie het meest, zal moeten blijken. Wij verkozen in afwachting onze eigen favorieten, los van de bestaande politiek, en vormden met hen de regering van onze meest inspirerende dromen. Tot de verkiezingen stellen we dagelijks één Feeling-ministerpost aan jullie voor. Vandaag: onze minister van Jeugd Nona Van Braeckel.

Lees ook: Elodie Ouedraogo, onze ideale eerste minister: “Twee keer per jaar een gratis bh voor alle vrouwen”

Minister van Jeugd: Nona Van Braeckel

Wie?

24 jaar, Studio Brussel-presentator en digital creative.

Geschikt, want?

Wie is beter geschikt als Minister van Jeugd dan een lid van de jeugd zelf? Met haar 24 jaren op de teller is Nona Van Braeckel wel degelijk jong te noemen. Een jeugdigheid die haar professioneel van pas komt: als enige Gen Z’er toont ze bij jongerenzender StuBru – aan boomers al dan niet – via TikTok- en YouTube-video’s wat er zich in de leefwereld van haar generatiegenoten afspeelt. Vanop festivals en concerten, naast zangers, bands en bv’s. Digital native en creative in beeld én woord; in haar eigen podcastreeks Na de rouwstoet praat ze met jonge lotgenoten over rouw en verdriet – zelf verloor ze haar vader aan kanker toen ze zestien was. In al haar authenticiteit is ze een bron van steun en inspiratie, dé pijlers van waardevolle politiek, als je het ons vraagt.

‘De jeugd van tegenwoordig is niet zwak, hun online bescherming daarentegen...’

Eerste maatregel?

Van Braeckel: “Al vanaf mijn veertiende maak ik YouTube-video’s, zit ik op social media. Ik ben het intussen min of meer gewoon om daar haat en tegengas te krijgen. Niet dat het geen impact heeft gehad; ik ben een beugel gaan dragen, omdat online commentaren me onzeker hadden gemaakt. Als politicus word je élke dag onder een vergrootglas gehouden, alles wat je zegt en doet – ik weet niet of ik dat zou aankunnen. En wij zijn volwassen. Vandaag zitten steeds kleinere kinderen op Instagram, ontwikkelen jonge meisjes een eetstoornis via Tumblr of TikTok. Dat is schrijnend. Mijn eerste maatregel zou er dan ook een zijn die onze jeugd beter online begeleidt, met universele leeftijdsgrenzen bijvoorbeeld. Die verantwoordelijkheid wordt nu al te makkelijk bij de ouders gelegd. Want nee, de jeugd van tegenwoordig is niet zwak, hun bescherming daarentegen…”